De protestmars van een oppositieleider (COLUMN)

0
9

Istanbul/Peter Edel (COLUMN) – Kemal Kilicdaroglu, de leider van de oppositie voerende Republikeinse Volkspartij (CHP) in het Turkse parlement heeft een bijnaam: Gandhi. Komt omdat hij enige uiterlijke gelijkenis kent met deze legendarische Indiase onafhankelijkheidsstrijder. Sinds kort heeft Kilicdaroglu echter nog iets anders met Gandhi gemeen.

In 1930 nam Gandhi het initiatief tot de beroemde ‘zoutmars’ van Ahmedabad naar de kust van de Arabische zee, als daad van burgerlijke ongehoorzaamheid tegen de Britse heerschappij in India. Vorige week organiseerde Kilicdaroglu ook een mars. In zijn geval van Ankara naar Istanbul, om te protesteren tegen het gebrek aan rechtvaardigheid in Turkije.

Aanleiding tot Kilicdaroglus mars is de gevangenisstraf van 25 jaar die de voormalige journalist en CHP-volksvertegenwoordiger Enis Berberoglu op 14 juni jl. kreeg opgelegd door een Turkse rechter. Berberoglu wordt verweten staatsgeheimen te hebben doorgegeven aan journalisten van de krant Cumhuriyet; staatsgeheimen die betrekking hadden op een controversieel transport richting Syrië in 2014 door de nationale inlichtingendienst MIT.

2013

Om een en ander in een context te plaatsen gaan we terug naar 2013. De regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) voerde dat jaar een wet in over zogenaamde dershanes, onderwijsinstituten waar scholieren worden voorbereid op universitair onderwijs. De beweging rond imam Fethullah Gülen, die in de voorafgaande jaren nauw had samengewerkt met de AKP, had een belangrijk aandeel in de dershane-markt en werd zwaar getroffen door de nieuwe wet.

Met Gülen sympathiserende aanklagers pareerden in december 2013 door een corruptieaffaire rond de AKP te onthullen. Aldus sloeg een sluimerend conflict tussen Gülen en toenmalig premier Recep Tayyip Erdogan om in een harde confrontatie.

Erdogan sloeg terug door de bij het onderzoek naar corruptie betrokken aanklagers en politieagenten te laten vervolgen. De Gülenisten namen op hun beurt wraak door via internet meer over malafide praktijken van Erdogan en andere AKP-politici wereldkundig te maken.

Dit waren de omstandigheden waaronder een anonieme tip bij de gendarme binnenkwam over een vermeend drugstransport. Toen gendarmes dit transport aanhielden troffen ze echter geen drugs aan maar wapens en functionarissen van MIT.

Humanitaire hulpgoederen

Erdogan verklaarde dat de aangehouden vrachtwagens geen wapens maar humanitaire hulpgoederen, bestemd voor etnische Turken in Syrië, aan boord hadden. Erg overtuigend klonk het niet. Niet in de laatste plaats omdat het transporteren van humanitaire hulpgoederen niet tot de reguliere taken van een inlichtingendienst behoort.

De bij de aanhouding van het transport betrokken gendarmes en aanklagers werden gearresteerd op verdenking van banden met de Gülen-beweging. Daar viel op zich veel voor te zeggen, want volgelingen van Gülen hadden zich in de voorafgaande jaren massaal in veiligheidsdiensten genesteld. Met uitzondering van MIT, wat tot verdriet van Gülen altijd het domein van Erdogan bleef.

Cumhuriyet

Absolute duidelijkheid over de aard van het MIT-transport bleef uit tot vorig jaar, toen aan iedere twijfel een einde kwam met foto’s van granaten aan boord van de vrachtwagens op de voorpagina van de krant Cumhuriyet.

Deze publicatie was pijnlijk voor de ondertussen president geworden Erdogan. Het stond nu immers vast dat hij loog dat het gedrukt stond toen hij zei dat zich humanitaire hulpgoederen in de vrachtwagens bevonden.

In veel landen zou de verantwoordelijke minister zijn ontslag hebben aangeboden, of misschien zelfs de gehele regering, maar niet in Turkije anno 2016. In plaats daarvan werden de hoofdredacteur van Cumhuriyet, Can Dündar, en diens collega Erdem Gül aangeklaagd en gearresteerd.

Erdogan zei dat Dündar ‘de prijs zou betalen.’ De president toonde zich echter zeer ontstemd toen het Constitutioneel Hof besloot dat Dündar en Gül hun proces in vrijheid mochten afwachten. Een aanklager eiste vervolgens een gevangenisstraf van tien jaar tegen hen, waarop Dündar naar Duitsland uitweek.

Aydinlik

Een saillant detail is dat Cumhuriyet niet de eerste Turkse krant was die foto’s van granaten aan boord van het MIT-transport publiceerde. Dat was Aydinlik, de krant van de voorheen Maoïstische Vaderlandpartij van Dogu Perincek.

In tegenstelling tot Dündar en Gül werden verantwoordelijke redactieleden van Aydinlik niet aangeklaagd. De verklaring bevindt zich wellicht in het feit dat Erdogan, nadat hij Gülen de oorlog had verklaard, een vorm van samenwerking aanging met Perincek. Die combinatie klinkt vreemd, maar deze samenwerking neemt voor Perincek niet weg dat hij Erdogan tegelijkertijd als vijand blijft beschouwen.

Hoe Aydinlik de foto’s in handen kreeg is een interessante vraag, maar Cumhuriyet kreeg ze van CHP-volksvertegenwoordiger Enis Berberoglu. Naar aangenomen kreeg hij ze toegespeeld door tot de Gülen-beweging behorende gendarmes.

Bestemming wapens

Veel vragen zijn onbeantwoord gebleven. Zoals de bestemming van de wapens aan boord van het MIT-transport. Cumhuriyet schreef dat ze naar de Islamitische Staat (IS) gingen, maar kon dat niet hard maken. Het ligt echter voor de hand dat het wapentuig in handen kwam van groepen die in Syrië tegen president al-Assad strijden. Daarbij kan gedacht worden aan het al-Qaeda derivaat Jahbat al-Nusra, waar Erdogan naar eigen zeggen ‘bevriend’ mee is. De vaak niet minder jihadistische milities van etnische Turken in Syrië zijn een andere mogelijkheid.

De grenzen tussen verschillende tegen al-Assad strijdende jihadisten zijn erg vaag. Wat vandaag al-Nusra is kan bijvoorbeeld morgen IS zijn, of omgekeerd. Dat maakt het in theorie zelfs mogelijk dat (een deel van) van de door Turkije geleverde wapens ondertussen zijn buit gemaakt op IS door Koerdische milities in Syrië waar de AKP zwaar tegen gekant is. Sluit maar eens iets uit.

Verantwoordelijkheid

Wat blijft is dat het MIT-transport het daglicht niet kon velen. Nu is MIT uiteraard niet de enige inlichtingendienst waarvan de operaties zich gedeeltelijk in de illegaliteit afspelen. De geschiedenis van de Amerikaanse CIA is wat dat betreft spreekwoordelijk.

Wanneer een inlichtingendienst zichzelf buiten de wet plaatst laadt ze de verantwoordelijk op daaromtrent geheimhouding te bewaren. Niet alleen voor het publiek en de media, maar bijvoorbeeld ook voor volksvertegenwoordigers.

In dat opzicht faalde MIT deerlijk in 2014. Als excuus kan daarbij de infiltratie van de veiligheidsdiensten, zoals de gendarme, door volgelingen van Gülen worden genoemd. Die vlieger gaat echter niet op, want de AKP stemde eerder zelf in met die infiltratie. Daarmee wordt overigens geïllustreerd hoe zwaar de AKP zich in de nesten werkte door voor 2013 waarschuwingen over de Gülen-beweging te negeren.

Onrechtvaardigheid

Komen de illegale streken van een inlichtingendienst op straat te liggen, dan kan een regering daarover geen verwijt richten aan journalisten en oppositieleden. Zij mogen immers illegale prakijken aan het licht brengen, ook als die door inlichtingendiensten worden begaan.

MIT plaatste zich vanuit het perspectief van Enis Berberoglu en Can Dündar op het criminele vlak. Onthulling daarvan is niet alleen een burgerrecht, maar vanuit de parlementaire en journalistieke optiek zelfs een plicht. Het argument van staatsgeheim gaat dan niet op. Staatsgeheimen zijn er niet om illegale praktijken te verhullen, hoe vaak dat ook gebeurt…

De consequentie is dat de 25 jaar gevangenisstraf voor Enis Berberoglu, waar CHP-leider Kilicdaroglu met zijn mars naar Istanbul tegen protesteert, een expliciete onrechtvaardigheid is. Kilicdaroglu meent daarbij dat de rechter die Berberoglu veroordeelde in opdracht van Erdogan handelde. Niet onwaarschijnlijk, want er is geen rechter in Turkije die zich niet naar Erdogans wensen schikt. Wordt dat geweigerd, dan volgt een associatie met de Gülen-beweging en arrestatie dan wel ontslag, dus men kijkt wel uit.

Overigens transformeerde Kilicdaroglu de door hem ondernomen actie al snel tot een algemeen protest tegen onrecht in Turkije, dus niet alleen tegen de veroordeling van Berberoglu.

Dubbele agenda

Een enigszins dubbele agenda aan de kant van Kilicdaroglu kan daarbij niet ontkend worden. Vanuit zijn partij kreeg hij veel kritiek over zijn als slap ervaren opstelling ten opzichte van de AKP. Vooral wat betreft de ‘gestolen’ uitslag van het referendum op 16 april jl. had Kilicdaroglu zich volgens veel CHP-stemmers aanmerkelijk harder op kunnen stellen.

De woordvoerder van de CHP, Selin Sayek Böke, vond dat ook en nam om die reden ontslag, wat als een teken werd opgevat dat het aanblijven Kilicdaroglu als partijleider geen vanzelfsprekendheid is. De mars van Ankara naar Istanbul geeft hem de kans zijn reputatie binnen de partij op te vijzelen.

Gandhi’s stijl

Hoe dan ook, Kilicdaroglu drijft Erdogan hiermee tot wanhoop. Tegen politieke geweld, zoals van de Koerdische PKK, heeft Erdogan talloze argumenten op voorraad, maar hij is minder opgewassen tegen een vreedzame protestactie die ook internationaal veel aandacht krijgt.

Een vreedzame protestactie in Gandhi’s stijl van een underdog tegen een autocratische leider doet het goed in westerse ogen; de westerse ogen waarin Erdogan vrijwel al zijn krediet verspeelde naar aanleiding van de massale arrestaties en ontslagen na de couppoging van vorig jaar.

Om aan westerse kritiek te ontkomen stelde de AKP aanvankelijk nogal neerbuigend dat Kilicdaroglu werd toegestaan om aan zijn 460 kilometer lange tocht te beginnen. Erdogan kon zijn mond echter niet houden en verweet Kilicdaroglu dat hij weigerde een rechtelijk beslissing te respecteren. Dat maakte de mars tot een ongrondwettelijke daad, vond de president. De hypocrisie ten voeten uit, want Erdogan weigerde zelf een rechtelijke uitspraak te respecteren toen het Constitutioneel Hof Cumhuriyet-hoofdredacteur Dündar vrijliet.

Vervolging

Nadat Kilicdaroglu zich een paar dagen de blaren op zijn voeten had gelopen dreigde Erdogan ook nog eens met vervolging. Kan hij doen. Veel erger kan het niet worden met zijn reputatie in het buitenland en zijn aanhang toont zich sowieso blind voor iedere door hem begane onrechtvaardigheid.

Draait Kilicdaroglu de gevangenis in dan krijgt hij nog een overeenkomst met Gandhi, want hem lieten de Britse autoriteiten in 1930 arresteren nadat zijn protestmars hem naar de Arabische zee had gevoerd.

Volg Peter Edel op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here