Is Meral Aksener een bedreiging voor Erdogan? (ANALYSE)

0
150

Istanbul/Peter Edel (ANALYSE) – Met zowel parlements- als presidentsverkiezingen wordt 2019 een belangrijk jaar voor Turkije. In het algemeen, maar voor de Turkse president Recep Tayyip Erdogan in het bijzonder.

Op 16 maart jl. stemde de bevolking in met het voorstel van zijn Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) tot de invoering van een presidentieel systeem, dat echter pas na de volgende presidentsverkiezingen volledig van kracht wordt.

Erdogan maakt heel duidelijk dat hij de verkiezingen wil winnen, om als eerste president in de geschiedenis van de Turkse Republiek volgens dit systeem te regeren. Op dit moment lijkt hij daarin te gaan slagen. Lukt het hem niet in de eerste ronde om de vereiste meerderheid van minimaal ‘vijftig plus een’ te krijgen, dan toch in ieder geval in de tweede ronde.

Verpletterende overwinning

Alleen winnen is echter niet genoeg voor Erdogan. Hij wil geen herhaling van het referendum eerder dit jaar. Dat maakte weliswaar een presidentieel systeem mogelijk, maar door de marginale meerderheid op een wankele democratische basis. In 2019 moet het daarom een verpletterende overwinning voor hem worden, die alle kritiek uit binnen- en buitenland over ondemocratische praktijken onder de noodtoestand (en daarvoor) moet doen verstommen. Overigens wordt alom aangenomen dat de noodtoestand tot 2019 van kracht blijft.

Het spreekt voor zich dat bij de volgende presidentsverkiezingen veel voor Erdogan afhangt van de andere kandidaten. In 2014, toen de Turken voor het eerst rechtstreeks hun president kozen, had hij daar weinig van te duchten. De Republikeinse Volkspartij (CHP) en de Partij van de Nationale Beweging (MHP) kozen er toen voor om met een gezamenlijke kandidaat de strijd aan te binden tegen Erdogan en dat werd geen groot succes. Sterker nog, het werd een afgang.

Aangenomen werd dat met de islamitische achtergrond van deze kandidaat, Ekmeleddin Ihsanoglu, aanspraak gemaakt kon worden op de overwegend conservatieve AKP-stemmers, maar dat bleek een verkeerde gedachte. Daardoor haalde Erdogan direct al een meerderheid stemmen, waardoor hij geen tweede ronde nodig had was om Abdullah Gül op te volgen.

HDP

Gezien het zwaktebod van de CHP en de MHP verraste het geenszins dat de presidentsverkiezingen van 2014 een eitje waren voor Erdogan. Wat verwacht werd gebeurde. De enige verrassing bestond uit de bijna tien procent voor Selahattin Demirtas, de kandidaat van de pro-Koerdische Democratische Volkspartij (HDP). Daarmee werd de HDP geïnspireerd om niet zoals eerder met onafhankelijke kandidaten de eerstvolgende parlementsverkiezingen in te gaan, maar als partij. Die opzet slaagde, want bij de verkiezingen van juni 2015 wist de HDP de kiesdrempel van tien procent te halen. Bij de daarop volgende novemberverkiezingen in 2015 lukte dat eveneens, al was het toen met de hakken over de sloot.

Een herhaling van het succes voor de HDP bij de presidentsverkiezingen van 2014 zit er – onder de huidige omstandigheden – echter niet in voor de HDP. Demirtas bevindt zich momenteel samen met veel andere HDP-politici in de gevangenis, na gearresteerd te zijn wegens vermeende banden met de Koerdische PKK. Vooral daardoor heerst er een benauwde stilte over wat de HDP in 2019 denkt te kunnen ondernemen. De kiesdrempel zou wel eens niet haalbaar kunnen zijn.

CHP

Wie in 2019 de kandidaat zal zijn namens de CHP bij de presidentsverkiezingen is eveneens nog onduidelijk. Voor partijleider Kemal Kilicdaroglu ontstaat hiertoe een hindernis wanneer hij vervolgd wordt in verband met de informatie die de krant Cumhuriyet ontving over een met veel vraagtekens omgeven wapentransport van de nationale inlichtingendienst MIT naar Syrië begin 2014.

Eerder dit jaar ging Kilicdaroglus partijgenoot Enis Berberoglu hier al voor 25 jaar de gevangenis in. Berberoglu gaf de betreffende informatie door aan Cumhuriyet.

Sinds Erdogan er vorige week op zinspeelde dat Kilicdaroglu eveneens in dit kader vervolgd kan worden wordt er druk over gespeculeerd of het daar inderdaad van zou kunnen komen. Alleen voorarrest kan al erg lang duren in Turkije en met een gedetineerde kandidaat de verkiezingen ingaan is een onbegonnen zaak, zoveel is duidelijk.

Niet-partijgebonden kandidaat

Kilicdaroglu sprak zelf echter al tegen dat hij zelf kandidaat zal zijn bij de presidentsverkiezingen. Hij zegt dat de CHP uitgaat van een niet-partijgebonden kandidaat.

Een enigszins merkwaardige beslissing aangezien de president volgens de op 16 april bekrachtigde nieuwe constitutie zijn (officiële) banden met een partij niet langer hoeft te verbreken. Erdogan is nu dan ook zowel president als leider van de AKP. Een niet-partijgebonden persoon kandidaat stellen kan begrepen worden als protest tegen die aanpassing, maar of dat de stemmers zal overreden is de vraag.

MHP

Hoewel de CHP mogelijk wederom met een totaal onbekende kandidaat op de proppen komt, zullen de seculiere nationalisten in ieder geval niet kiezen voor een gezamenlijke kandidaat met de MHP, zoals in 2014. Niet alleen vanwege het uitgebleven succes destijds, maar ook omdat de afstand tussen beide partijen fors is toegenomen sinds MHP-leider Devlet Bahceli tot een overeenkomst kwam met de AKP. In ruil voor toezeggingen, over onder andere de aanpak van de PKK, was hij bereid in te stemmen met het referendum over de invoering van een presidentieel systeem.

Bij veel MHP-stemmers viel deze beslissing totaal verkeerd, en bij een deel van de politici van deze ultranationalistische partij niet minder. Het ontstaan van een dissidentengroep was het gevolg. Een van die dissidenten, Meral Aksener, voerde voorafgaand aan het referendum van 16 april een begeesterde nee-campagne. Haar inzet droeg er zeker toe bij dat de marge waarmee Erdogan het presidentieel systeem binnenhaalde erg krap bleef.

Nieuwe partij

Het duurde niet lang voordat er geruchten over ontstonden dat de dissidenten van de MHP onder aanvoering van Aksener een nieuwe partij zouden oprichten. Die geruchten zijn ondertussen bewaarheid, want uiterlijk oktober zal de partij van Aksener een feit zijn. De naam moet nog bekendgemaakt worden, maar betrokkenen leggen nu al uit dat hun partij zich in het ‘nationale midden’ zal bevinden en dat er niet alleen stemmen bij de MHP weggehaald zullen worden, maar ook bij de CHP en de AKP.

Aksener was in de jaren regering kort minister van Binnenlandse Zaken in een coalitieregering van toenmalig premier Tansu Ciller. Na de teloorgang van Cillers Partij van Rechte Pad (DYP) sloot Aksener zich bij de MHP aan en zat namens die partij in het parlement. Tijdens de AKP-periode functioneerde ze daar als vicevoorzitter.

Nuttige bondgenoot

Er moet Aksener zeker kansen op succes worden toegedicht. Turken hebben altijd een voorkeur gehad voor rechtse partijen en ze slaagt er met glans in om aan dat criterium te voldoen. Het is ook inderdaad niet uitgesloten dat ze veel stemmen bij AKP, CHP en MHP zal weten weg te halen.

Er wordt zelfs overwogen dat Aksener een deel van de AKP-parlementariërs – en hun stemmers – aan haar kant zal weten te krijgen. Niet ondenkbaar wanneer Erdogan de daad bij zijn vorige week uitgesproken woord voegt en overgaat tot een door hem zelf als ‘herstructurering’ omschreven zuivering van de AKP-fractie in de volksvertegenwoordiging. Dat kan scheve gezichten opleveren, waar Aksener haar voordeel mee kan doen.

Opiniepeilers

Voor Bahceli zouden de druiven zuur zijn, want het is verre van uitgesloten dat de MHP door de opkomst van Aksener bij parlementsverkiezingen de kiesdrempel niet meer zal halen. Dat zou een bittere pil zijn voor Erdogan, want met het vertrek van Bahceli verliest hij een nuttige bondgenoot en wordt de AKP afgesneden van de mogelijkheid tot het verkrijgen van bijval van een andere partij.

De kans dat het aldus zal lopen is realistisch. Opiniepeilers menen in ieder geval dat de partij van haar Aksener de kiesdrempel wel gaat halen. Wat dat betreft lijkt die dus een voorspoedige toekomst tegemoet te gaan.

Koerden

Het succes dat Aksener kan behalen dient echter ook weer niet overdreven te worden. Volgens de columnist Cengiz Candar zou ze Erdogan kunnen verdrijven als ze er in slaagt ‘een formule te vinden waarmee ze Koerdische steun kan verwerven.’ De kans daarop is echter minimaal. Simpelweg omdat alles wat ze onderneemt tot steun van Koerden tot verlies van nationalistische stemmen zal leiden.

Bovendien is het zeer de vraag of ze wel tot een vergelijk met Koerden wil komen. Ze kan dan veel kritiek hebben op Erdogan en hem de handschoen toewerpen, maar ze blijft een erg rechtse en nationalistische politica. Dat ze jaren voor de MHP in het parlement zat zegt eigenlijk al genoeg. Het valt te overwegen dat het politieke midden haar te rechts vindt.

Runner up

Of het succes Aksener zo ver zal gaan dat ze Erdogan naar de loef te steken kan steken tijdens de presidentsverkiezingen gaat nog een royale stap verder. De huidige president heeft zeker een probleem. Het referendum wees uit dat hij de meerderheid verloor in de grote steden, langs de Egeïsche kust en in het Zuidwesten. Daarnaast bleek dat de jongste generatie stemmers bedenkingen over hem begint te krijgen.

Tegelijkertijd aanbidt een belangrijk deel van zijn achterban hem echter nog altijd alsof hij de profeet zelf is. Er moet veel gebeuren wil die hem in steek laten. Natuurlijk kan het niet uitgesloten worden dat men ook hier binnen korte tijd spuugzat van hem raakt. Autocratische leiders kunnen lang aan de macht zijn, maar ook erg snel vertrekken. Vooralsnog zijn daar echter geen aanwijzingen over. Daarom meent de schrijver van dit artikel dat Erdogan in 2019 op weg gaat naar zijn tweede termijn als president zolang onverwachte, voor Erdogan fatale ontwikkelingen uitblijven. Aksener kan bij verkiezingen een indrukwekkende runner up worden bij, maar meer dan dat waarschijnlijk niet.

Vernedering

Voor Erdogan, die zoals gesteld in 2019 met niets minder genoegen neemt dan een verpletterende overwinning, is het echter al erg genoeg wanneer Aksener qua stemmenpercentage in zijn buurt komt en er een tweede verkiezingsronde voor nodig is om hem president te laten blijven. Omdat hij die in 2014 niet nodig had zou dat ondanks de winst uitkomen op een niet geringe vernedering.

Aksener zou zo immers glashard aantonen dat zijn steun onder het publiek tanende is. Dat Erdogan dit tegen iedere prijs wil voorkomen verklaart waarom hij zich recentelijk onzeker gedraagt over het verkiezingsjaar 2019. Deze week verklaarde hij nog hoe essentieel het is om de meerderheid in Istanbul terug te krijgen. Terwijl er bij het referendum geen meerderheid in Istanbul nodig was om het presidentieel systeem erdoor te krijgen.

Vervroegde verkiezingen

Waarnemers speculeren over wat Erdogan kan doen om een opmars van Aksener en haar nieuwe partij in de kiem te smoren. Volgens de AK palace watchers zou hij kunnen besluiten tot vervroegde verkiezingen, om Aksener de tijd te ontnemen die ze nodig heeft om haar partij te ontwikkelen.

Erdogan kent echter een breed palet aan mogelijkheden om tegenstanders het leven onmogelijk te maken. Een andere optie werd hem aangedragen door MHP-leider Bahceli toen die zei dat de dissidenten binnen zijn partij banden onderhielden met de beweging rond imam Fethullah Gülen.

Volgens columnist Murat Yetkin waarschuwden Erdogan en AKP-woordvoerder Mahir Ünal al indirect voor infiltratie door Gülen-volgelingen binnen Akseners partij. De volgende stap zou kunnen zijn dat zij en haar medestanders betrokkenheid bij de mislukte staatsgreep van 15 juli 2016 in de schoenen geschoven krijgen. Dat kan iedere tegenstander van Erdogan gebeuren, zelfs de meest onwaarschijnlijke. Dus waarom Aksener niet?

Volg Peter Edel op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here