Een Turkse parlementscommissie die onderzoek doet naar corruptie heeft besloten vier voormalige ministers niet te vervolgen. De bewindslieden traden vorig jaar af nadat er verdenking was gerezen dat zij zich hadden laten omkopen. Het grootschalige corruptieschandaal kwam eind vorig jaar naar buiten.
De drie ministers namen ontslag, een vierde werd overgeplaatst. Erdogan, die inmiddels president is, liet toen duizenden politiemedewerkers en honderden rechters en aanklagers overplaatsen. Volgens de Turkse regering kwamen de beschuldigingen uit de koker van volgelingen van de invloedrijke geestelijke Fethullah Gülen, een rivaal van Erdogan. Hij zou zo de regering ten val willen brengen.
Dat de ministers nu vermoedelijk niet voor het Hooggerechtshof hoeven te verschijnen, wordt door critici gezien als een knieval voor Erdogan en zijn AK Partij schrijft De Volkskrant.
