De seculier-islamistische alliantie (ANALYSE)

0
16

Istanbul/Peter Edel (ANALYSE) – In 2008 begon in Turkije de procedure rond Ergenekon, een vermeende samenzwering van seculiere nationalisten tegen de regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) en de beweging rond imam Fethullah Gülen.

Tegenwoordig is het oorlog tussen de Gülen-beweging en de AKP, maar toen werkten ze nog nauw samen. Met Gülen sympathiserende aanklagers namen het initiatief tot de Ergenekon-procedure, waarbij zij volledig gesteund werden door toenmalig AKP-premier Recep Tayyip Erdogan.

Diepe staat

Hoewel er vanaf het begin al waren die meenden dat er niets klopte van de Ergenekon-procedure, werd die breed verwelkomd in Turkije. Dat kwam vooral omdat de indruk ontstond dat Ergenekon een ander woord was voor de beruchte ‘diepe staat’, de geheime seculier nationalistische structuur – of het Turkse ‘Gladio’ – die tot het einde van de jaren negentig verantwoordelijk was voor een scala aan misdaden, variërend van moord tot drugshandel.

Om die indruk te onderbouwen droegen Gülens aanklagers er zorg voor dat zich enkele beruchte namen uit de diepe staat onder de Ergenekon-verdachten bevonden. Zoals Veli Kücük, de commandant van JITEM, een illegale afdeling van de gendarme waar talloze mensenrechtenschendingen door gepleegd werden.

Vervalst bewijs

Later kwam het als een paal boven water te staan dat het bestaan van Ergenekon, in de zin van een samenzwering die tot een staatsgreep moest leiden, gebaseerd was op vervalst bewijs, afkomstig van politiefunctionarissen en aanklagers behorend tot de Gülen-beweging. Scherpe waarnemers wisten dat echter al in maart 2009, naar aanleiding van een incident op de luchtmachtbasis bij de stad Kayseri.

Destijds werd daar een bij de Gülen-beweging aangesloten onderofficier op heterdaad betrapt toen hij vervalste gegevens in een computer wilde plaatsen. De onderofficier werd in de kraag gevat en legde een bekentenis af tegenover een militaire rechter, de kolonel Ahmet Zeki Ücok.

Hypnose

De Gülenisten lieten het er niet bij zitten en begonnen een lastercampagne tegen Ücok, die de meest uiteenlopende verwijten in de schoenen geschoven kreeg. Van corruptie tot omgang met Russische prostituees.

In eerste instantie schreven Gülens mediajongens dat de onderofficier zijn bekentenis onder marteling had afgelegd. Toen die bewering geen stand hield werd gezegd dat Ücok de verdachte had gehypnotiseerd, al werden daar evenmin bewijzen voor geleverd.

Het deed er niet toe, want de Gülen-beweging controleerde justitie in die dagen volledig, met als gevolg dat Ücok werd gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij Balyoz, een vermeende samenzwering, die verband hield met Ergenekon en later eveneens op vervalst bewijs gebaseerd bleek te zijn.

Ücok werd gearresteerd en veroordeeld, maar nadat de samenwerking tussen Erdogan en Gülen eind 2013 was omgeslagen in een diep conflict, werden de veroordeelden in verband met Ergenekon en Balyoz vrijgelaten. Ücok kwam daardoor eveneens op vrije voeten.

Perincek

Ücok staat bekend als medestander van Dogu Perincek en diens Vaderlandpartij (VP), de voormalige Turkse Arbeiderspartij (IP). Perincek werd in 2008 eveneens gearresteerd in verband met Ergenekon.

Ooit combineerde de VP/IP Maoïsme met de opvattingen over nationalisme en secularisme van Mustafa Kemal Atatürk, de stichter van de Turkse Republiek. Tegenwoordig ligt de nadruk voor Perincek echter volledig op nationalisme en secularisme, terwijl Maoïsme geen rol meer voor hem speelt. De wijziging van de naam van de partij een paar jaar geleden van IP in VP is dan ook zonder meer treffend.

Perincek is in verband gebracht met de diepe staat. Zo onderhield hij contact met de bovengenoemde JITEM-commandant Veli Kücük, die zoals de andere Ergenekon- en Balyoz-veroordeelden eveneens in 2013 vrijkwam. Dat tijdens de Ergenekon-procedure veel onschuldige Turken werden veroordeeld was een groot schandaal; dat notoire misdadigers vrijuit konden gaan was echter niet minder schandalig.

Perincek en zijn medestanders denken daar anders over. De schrijver van dit artikel vroeg een prominent lid van de IP/VP eens hoe hij dacht over de misdaden van Kücük en kreeg als antwoord dat hij ‘misschien een appeltje had gestolen.’

Couppoging

Na de couppoging van 15 juli 2016 was Perinceks medestander en voormalig Balyoz-veroordeelde Ahmet Zeki Ücok regelmatig op de Turkse TV te zien. Daar sloot hij volledig aan bij Erdogans overtuiging dat Gülen en zijn beweging de enige verantwoordelijken waren voor de couppoging. Aangezien Ücok ten onrechte door Gülenisten was vervolgd verraste dan geenszins.

Verrassender is dat Ücok nooit een enkel verwijt aan Erdogan heeft gericht. Terwijl die toch stond te juichen toen Ücok samen met enkele honderden andere seculiere nationalisten werd vervolgd.

Ücoks zwijgen over Erdogan staat niet op zich, want Perincek – die in het kader van de Ergenekon-procedure zes jaar in de Silivri-gevangenis verbleef – verweet de huidige president van Turkije evenmin iets in dat verband.

Perincek is echter niet vies van een portie opportunisme. Toen de Gülenisten na de couppoging uit de strijdkrachten werden weggezuiverd rook hij zijn kans op meer invloed.

Hacli Irtica

Een van de bewijsstukken tegen Perincek tijdens de Ergenekon-procedure bestond uit zijn in 2007 verschenen boek Hacli Irtica (kruisvaarders reactionisme). Daarin stelde hij dat Turkse islamisten in zee waren gegaan met ‘kruisvaarders’ in het westen.

Perincek bedoelde daarmee niet alleen de Gülen-beweging, maar ook de AKP. ‘De AKP-regering is illegaal en zal omvergeworpen worden’, schreef hij in Hacli Irtica, wat uiteraard koren op de molen was van Gülens aanklagers.

Patriottisch front

Er is sinds 2007 veel hetzelfde gebleven, maar ook het een en ander veranderd. Perincek bleef onveranderd antiwesters georiënteerd, terwijl voor de Gülen-beweging nog steeds het tegenovergestelde geldt.

Erdogan heeft zijn positie echter aangepast, werd sterk antiwesters en schoof in die zin in Perinceks richting op. Ondanks dat Erdogan in 2013 tevreden toekeek toen Perincek tot levenslang werd veroordeeld, ontstond zo een basis tot samenwerking. En die kwam er. Perincek draaide daar niet omheen toen hij op 20 januari jl. het volgende zei:

‘Samen met de religieuze conservatieven hebben we een gezamenlijk patriottisch front gevormd.’

Een seculier-islamistische alliantie dus.

Proces van chaos

De schijn bedriegt echter, want Perincek blijft een uitgesproken tegenstander van Erdogan. Uit VP/IP kringen zijn zelfs geluiden gekomen dat Turkse militairen eens te meer tot een staatsgreep zouden kunnen besluiten. Dat bleek toen Perinceks sympathisant Ahmet Zeki Ücok op 15 december vorig jaar de volgende tweet stuurde:

‘Het proces van chaos zal tot omstandigheden leiden waardoor het conflict in dit land bloedig wordt, en de [Turkse] strijdkrachten zullen controle nemen over de commando-keten.’

De enige westerling die direct bij Ücoks tweet stilstond was de Amerikaanse publicist Michael Rubin, die vorige maand overigens een strafklacht van Erdogan aan zijn broek kreeg wegens belediging.

THO

Vorig jaar was Ücok rond begin oktober te gast bij de Turkish Heritage Organization (THO), een Turkse lobbyorganisatie in de VS die hardnekkig ontkent aan de Turkse regering verbonden te zijn. Bepaalde feiten wijzen echter wel degelijk op banden, in ieder geval op nauwe contacten. In het op 30 maart van dit jaar verschenen artikel De vermeende ontvoering van imam Gülen en de inktvlek rond Trump stond daar het volgende over:

‘De THO kent nauwe banden met de in Turkije regerende AKP. De voormalige leider ervan, Halil Danismaz, werd genoemd nadat de hackersorganisatie Redhack e-mails had vrijgegeven van energieminister Albayrak. Daaruit bleek dat Albayrak in 2013 met Danismaz over middelen sprak waarmee de kritiek op het neerslaan van het protest dat jaar tegen de afbraak van Istanbuls Gezipark het zwijgen opgelegd kon worden.’

Ücok verscheen op uitnodiging van de THO bij het Carnegie Endowment Center in Washington en de Penn Club in New York en liet zich daarbij geheel naar verwachting uit over de Gülen-beweging. THO vatte het op haar website als volgt samen:

‘Kolonel-rechter Ücok, die het militaire onderzoek hielp bij het onderzoek naar de infiltratie door het Gülen-netwerk, tijdens de periode waarin hij verbonden was aan het bureau van de hoofdaanklager van de [Turkse] luchtmacht, stelde dat onderzoek heeft aangetoond dat tussen 1986 en 2006 30.000 officieren aan de Gülen-beweging waren verbonden. Hij schat dat in het daarop volgende decennium nog eens 40.000 Gülenisten tot de strijdkrachten zijn toegetreden. Daardoor ligt het totaal aan de Gülen-beweging verbonden militairen tegenwoordig op ongeveer 100.000. Hij zei dat van de 358 generaals in de strijdkrachten er 160 aan deze organisatie zijn verbonden.’

Pekin/Sener

Ücok was in de herfst van vorig jaar niet de enige door de THO uitgenodigde Turkse spreker. Daarnaast sprak de voormalige chef van de militaire inlichtingendienst Ismail Hakki Pekin bij Carnegie en de Penn Club. Van Pekin is bekend dat hij evenals Ücok met Perincek sympathiseert. Bovendien werd hij zoals Perincek vervolgd door Gülens aanklagers in verband met Ergenekon.

Hetzelfde geldt voor de journalist Nedim Sener, die eveneens door de THO werd uitgenodigd om in september-oktober in New York en Washington zijn verhaal te doen over Gülen. Sener heeft verschillende kritische boeken over de Gülen-beweging op zijn naam staan. In 2011 werd hij samen met zijn collega Ahmet Sik gearresteerd. Sik had kort daarvoor eveneens een kritisch boek over Gülen geschreven. Erdogan noemde dat toen een ‘papieren bom.’

Samen met Sik kwam Sener een jaar later weer vrij. Daarna gingen hun wegen nogal radicaal uiteen, want terwijl Sener min of meer voor de AKP koos, bleef Sik bij zijn kritiek op de regeringspartij. Eind vorig jaar werd hij gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de Gülen-beweging…

Wall Street Journal

Eind vorige maand onthulde de Wall Street Journal dat Nedim Sener en Ismail Hakki Pekin, rond de tijd waarin ze op uitnodiging van de THO in de VS waren, in Washington werden geïnterviewd voor een (onvoltooide) documentaire met veel kritiek op Gülen.

Deze documentaire werd geproduceerd in opdracht van de Turks Nederlandse zakenman Ekim Alptekin, wiens vader overigens na de staatsgreep van 1980 naar Nederland kwam als vluchteling én als lid van Perinceks IP.
In maart van dit jaar werd bekend dat Alptekin een bedrag van $530.000 betaalde aan de voormalige U.S. Security Advisor Michael Flynn, om een rapport over Gülen op te stellen en een lobby tegen de Turkse imam in de VS te beginnen.

In de Amerikaanse media werd al snel een verband gelegd tussen deze documentaire en de door de THO georganiseerde bijeenkomsten waar Ücok, Pekin en Sener verschenen. Alptekin ontkende echter ieder verband met de THO. Dat Sener en Pekin voor de documentaire werden geïnterviewd kwam volgens hem omdat ze toevallig in de stad waren.

Politico

Politico meen echter echter dat Alptekin wel degelijk met de THO te maken heeft. Volgens deze Amerikaanse website gaf Alptekin richting aan twee Turkse lobbyorganisatie in de VS, waaronder de THO.

Dat deed Alptekin naar verluidt samen met de uit Oekraïne afkomstige energieondernemer Dmitri ‘David’ Zaikin, een energieondernemer die volgens Politico contacten heeft in de hogere regionen van de Russische politiek.

Alptekin en Zaikin ontkenden elkaar te kennen; Alptekin beschuldigde Politico via Twitter van harassment. Politico, dat stelde zich op drie informanten te baseren, kwam er niet op terug.

Kennelijk wil Alptekin absoluut niet dat er over hem gedacht wordt dat hij iets met de THO te maken heeft. Zoals hij en de THO zwaar in het geweer komen als er banden met de AKP verondersteld worden. Goeie vraag waarom dat zo gevoelig ligt.

Flater

Er zijn meer vragen. Waarom koos Alptekin bijvoorbeeld uitgerekend voor Flynn om een rapport over Gülen te schrijven en een lobby tegen de imam te beginnen in de VS? Twee maanden voor hij hem in dienst nam toonde Flynn zich per slot van rekening nog sympathiek ten aanzien van de coupplegers in Turkije en een tegenstander van Erdogan.

Bovendien lijkt Flynn verre van goed op de hoogte als het Gülen gaat. Op de dag waarop Donald Trump tot Amerikaanse president werd verkozen sloeg hij een flater door Gülen in The Hill op een hoop te gooien met de door Erdogan bejubelde Moslim Broederschap. Alptekin haastte zich om te verklaren dat hij vooraf geen kennis had over de inhoud van dat artikel, maar aangezien hij Flynn in dienst had genomen om iets tegen Gülen te ondernemen deed die ontkenning veel Amerikaanse wenkbrauwen fronzen.

530.000

Rond die tijd zei Alptekin nog dat hij niet meer dan enkele tienduizenden dollars aan Flynn had betaald. Toen Flynn zich in maart registreerde als werknemer van de Turkse regering gaf hij echter die ondertussen beroemde $530.000 op. En Alptekin maar ontkennen. Nee, het was veel minder en Flynn had zich ook ten onrechte als werknemer van Ankara bij het Amerikaanse ministerie van Justitie opgegeven. Wederom gefronste wenkbrauwen in de VS, waarna Alptekin toch maar toegaf dat hij Flynn $530.000 had betaald.

Dat geld kwam echter niet uit Ankara, maar uit zijn eigen zak. Dat vertelde hij in ieder geval tijdens het recente congres van de American Turkish Council (ATC) in Washington, waar hij als voorzitter van de Turks Amerikaanse handelsorganisatie (TAIK) sprak. Tegen Merijn Rengers en Hanneke Chin-A-Fo van NRC Handelsblad zei hij daarvoor echter nog dat hij het geld voor Flynn van zijn vrouw had geleend. Hoe het komt dat zij ondanks alle zakelijke belangen van haar echtgenoot, in Nederland, de VS en Turkije, rijker is dan hij, bleef onduidelijk.

Terugbetaling

Een van de laatste hoofdstukken in dit van tegenstrijdigheden bolstaande verhaal gaat over het bedrag dat Flynn naar Alptekin terugstuurde. Deed hij twee keer. In september en oktober stortte Flynn $40.000 terug op de rekening van Alptekins in Nederland geregistreerde Inovo b.v.

Tegen Associated Press zei Alptekin dat hem om refunds for unperformed lobbying ging. Daar zat op zich veel in, want Alptekin kreeg zeker geen waar voor zijn geld van Flynn. Die documentaire werd niets en verder stelde de lobby die Flynn tegen Gülen op poten moest zetten ook niets voor.

Alleen, toen Flynn zich in maart registreerde bij justitie werd die $80.000 door hem omschreven als consulting fees for unspecified work. Dat is uiteraard iets anders dan refunds for unperformed lobbying, en hup daar gingen de Amerikaanse wenkbrauwen weer de hoogte in.

En nog kijkt Alptekin vreemd op dat ze hem en Flynn verdacht vinden in de VS. Hebben die twee nooit gehoord van smoezen op elkaar afstemmen?

Dik en dun

Wie hier met een onbevangen blik tegenaan kijkt denkt wellicht dat Alptekin met de beste intenties een lobby tegen Gülen wilde beginnen in de VS. Per slot van rekening heeft Gülen heel wat op zijn kerfstok, dus zo vreemd is dat op zich niet.

Dezelfde onbevangen waarnemer zal zich moeilijk aan de indruk kunnen onttrekken dat Flynn voortdurend zijn best doet om zijn voormalige klant Alptekin met tegenstrijdige uitspraken voor aap te zetten.

Wie de tweets van Alptekin erop naslaat merkt echter dat hij Flynn door dik en dun blijft verdedigen. Hij is niet de enige, want Donald Trump doet hetzelfde, terwijl die toch ook heel wat ellende te verduren heeft gekregen door toedoen van zijn voormalige veiligheidsadviseur campagnemedewerker.

Voor Trump geldt dat hij als de dood is dat Flynn gaat praten bij het op gang gekomen onderzoek van voormalig FBI-directeur Robert Mueller; voor Alptekin dat hij Flynn in verband daarmee maar beter te vriend kan houden. Het onderzoek van Mueller omvat nu immers ook Flynns Turkish Connection.

Volg Peter Edel op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here