Turkije in 2017 (COLUMN)

1
9

Istanbul/Peter Edel (COLUMN) – Volgens verschillende Turkse columnisten was 2016 het slechtste jaar voor Turkije in de moderne geschiedenis. Het was me het jaartje dan ook wel, met veel aanslagen (vooral ook in de grote steden) en veel staatsgeweld. De mislukte, maar bloedige staatsgreep van 15 juli en de kort daarna afgekondigde noodtoestand plaatsten twee bittere kersen op de taart. Daar hield het bovendien niet mee op, want daarnaast maakte Turkije in 2016 veel zorgen over de economie mee en kwam het in augustus tot een militaire operatie van de Turkse strijdkrachten in Syrië.

Hoe zullen Turkse columnisten komende december op 2017 terugkijken? Er bereikt mij vaak het verwijt een te negatieve kijk op Turkije te hebben. Daarom heb ik extra mijn best gedaan om positieve aanknopingspunten voor het nieuwe jaar te vinden. Helaas ben ik daar niet in geslaagd. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat het nieuwe jaar niet meer van het zelfde zal bieden; veel meer van hetzelfde valt te vrezen.

PKK/IS

Zal er in 2017 een einde komen aan de aanslagen, of zullen die drastisch in aantal dalen? Ik zou niets liever zien, maar weet ook dat er wat betreft de factoren die tot de aanslagen leiden niets is veranderd. De regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) blijft bij de overtuiging dat de Koerdische PKK met geweld vernietigd kan worden. Daar is geen eerdere regering gedurende 35 jaar oorlog in geslaagd, maar de spanning die ermee gepaard gaat is nu eenmaal goed bruikbaar voor het bereiken van politieke doelen, waardoor een polititieke oplossing niet de voorkeur verdient.

Zo klonk voorafgaand aan de verkiezingen van november 2015 de belofte van stabiliteit bij de AKP. Stabiliteit kwam er echter verre van. En nu maakt de belofte van stabiliteit dan deel uit van de beloften die de stemmers van een presidentieel systeem moeten overtuigen (waarover later meer).

Ondertussen lijkt de PKK de strijd ook nog wel even voort te willen zetten. Daar vindt men elkaar al jaren. Biedt deze situatie veel hoop op een einde van de aanslagen in 2017?

Met de Islamitische Staat (IS) ligt het nog moeilijker. Terwijl er met de PKK onder bepaalde omstandigheden nog te praten valt, lijkt dat met de jihadisten uitgesloten.

IS-leider al-Bagdadi verklaarde Turkije tot primair doelwit nadat de Turkse Strijdkrachten in Noord-Syrië met operaties begonnen waarbij niet alleen Koerdische milities, maar ook IS terug wordt gedrongen. Dientengevolge vallen zowel de recente aanslagen van IS als de PKK tot het militaire offensief van Turkije in Syrië te herleiden.

Zeker zolang Turkije zich niet terugtrekt uit Syrië, zie ik niet in waarom daar in 2017 een einde aan zal komen. En zelfs als Turkije zich terugtrekt hoeft het voor IS nog niet voldoende te zijn. Voor jihadisten is er maar een ding erger dan een ongelovige, en dat is een afvallige. Het heeft er alle schijn van dat IS er wat betreft Erdogan en de AKP zo tegenover is komen te staan. Een inschatting van dit probleem begint bij het besef dat Turkije, nog minder dan ten aanzien van de PKK, in staat is om IS geheel te vernietigen.

Wat zich hier tegelijkertijd manifesteert is de afrekening over een jarenlang gevoerd fout beleid ten aanzien van Syrië. Dat wordt nu in alle wanhoop gecorrigeerd met maatregelen die de problemen alleen maar verder kunnen vergroten. De laatste zin is overigens niet alleen wat betreft Syrië, maar in tal van opzichten van toepassing op Erdogan en de AKP.

Couppoging

De meest schokkende gebeurtenis van vorig jaar was zondermeer de couppoging in juli. De impact was enorm, maar ik tast nog steeds in het duister over wat zich die zomerdag voltrok. Dat volgelingen van imam Fethullah Gülen een rol speelde is meer dan aannemelijk, maar dat is overduidelijk niet het hele verhaal.

Sinds de couppoging klonk in Ankara steeds dezelfde mantra: ‘we gaan het bewijs leveren, we gaan het bewijs leveren.’ Geleidelijk ging dat over in een ander voortdurend klinkende mantra: ‘we hebben het bewijs geleverd, we hebben het bewijs geleverd’.

Een moment waarop het doorslaggevende bewijs over de rol van Gülen en zijn beweging daadwerkelijk werd geleverd zat er echter niet ergens tussenin. Viel veel te weinig Turken op, maar een oude wet uit de propagandawetenschap luidt nu eenmaal dat het publiek uiteindelijk vrijwel alles gelooft als het maar vaak genoeg wordt herhaald. Kortom, ‘het bewijs was geleverd; een Turkse kniesoor die er last mee had dat niemand het te zien kreeg.

Petek-commissie

Er werd een (door de AKP gedomineerde) onderzoekscommissie – de Petek-commissie – benoemd om de couppoging te onderzoeken. Het leidde tot bizarre taferelen, zoals een getuigenis van een Russische neonazi wiens antiwesterse opstelling kennelijk voldoende werd geacht om hem als autoriteit te beschouwen over de vraag of Gülen opdracht gaf tot een staatsgreep.

Het meest frappante was dat twee ten aanzien van de gebeurtenissen op 15 juli uiterst belangrijke figuren niet werden gehoord door de commissie. Dat wil zeggen, opperbevelhebber Hulusi Akar en Hakan Fidan, de baas van de nationale inlichtingendienst MIT.

Was interessant geweest om beide te horen over de gebeurtenissen in de uren tussen het moment waarop het voor MIT en de generale staf duidelijk was dat zich iets irreguliers voltrok, en de komst van de tanks op de brug over de Bosporus.

Maar dat mocht Turkije dus niet horen, en daarmee staat de Petek-commissie voor mij gelijk aan de Warren-commissie, die in de VS de moord op president John F. Kennedy onderzocht. Commissies die niet bedoeld zijn om de waarheid aan het licht te krijgen, maar juist om die te verhullen.

Ahmet Sik

Niet iedereen laat zich bedotten. De journalist Ahmet Sik weet heel zeker dat zijn landgenoten niet het hele verhaal te horen kregen en er gebeurde wat in het huidige Turkije verwacht kon worden: Sik werd gearresteerd. De onverschrokken journalist wordt er van beschuldigd propaganda te hebben verspreid voor terroristische organisaties. Daarbij wordt niet alleen de PKK genoemd, maar ook de Gülen-beweging.

Met name dat laatste is de waanzin ten top. Als er namelijk een journalist is waarvan aangenomen kan worden dat hij nooit en te nimmer iets met de Gülen-beweging te maken zal willen hebben, is het Ahmet Sik. Het waren immers aanklagers in dienst van Gülen die er voor zorgden dat Sik in 2011 een jaar in de gevangenis terechtkwam.

Aanleiding was destijds Siks boek Het leger van de islam, waarin hij onder andere de infiltratie door Gülens volgelingen van politie en justitie beschreef. Tegenwoordig kan Erdogan dan een standpunt over Gülen hebben dat goed bij dit boek aansluit, maar destijds was het nog dik aan tussen hem en de imam en noemde hij Siks boek een ‘papieren bom.’

Sik zal zich die woorden nog goed kunnen herinneren. In tegenstelling tot veel collega’s koos hij dan ook niet de kant van Erdogan toen diens conflict met Gülen ontstond. Onlangs schreef de integere Sik dat de Gülenisten het besluit tot de couppoging niet zelfstandig namen. Kwam hij te dicht bij de waarheid?

Noodtoestand

Los van dat laatste past de arrestatie van Sik sowieso in het algemene plaatje dat sinds de staatsgreep is ontstaan. Censuur, repressie, massale ontslagen en arrestaties, alsmede talloze andere mensenrechtenschendingen. Gericht tegen alle tegenstanders van Erdogan en dus zeker niet alleen tegen kringen waarbinnen de coupplegers zich zouden bevinden. De arrestaties van met name socialisten, waaronder parlementsleden van de pro-Koerdische Democratische Volkspartij (HDP), spreekt wat dit betreft boekdelen.

De staatsgreep mag dan mislukt zijn, maar de erop volgende noodtoestand doet in meerdere opzichten denken aan de periode na de geslaagde staatsgreep van 1980. Alleen de doodstraf ontbreekt, maar als het aan een belangrijk deel van de AKP stemmende massa ligt komt ook daar binnenkort verandering in.

Economie

Heel ander onderwerp: economie (hoewel in Turkije alles met alles te maken heeft). In de jaren waarin het buitenlandse kapitaal nog met bakken naar Turkije vloeide was dat het paradepaardje van de AKP. Door een combinatie van ontwikkelingen in de wereldeconomie en falend beleid is het de laatste jaren echter steeds meer een zorgenkindje geworden. Met als voorlopig dieptepunt de krimp van de economie in het derde kwartaal van 2016.

Dat laatste verhoudt zich vreemd tot het besluit van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OECD) om Turkije bij de landen met een duurzame hoge groei te voegen. De OECD keek echter alleen naar de groei over een langere periode (tussen 1980 en 2011), waarbij de huidige situatie geen rol speelt.

Nog in de ontkenningsfase zittende AKP-medestanders grijpen volop naar dergelijke strohalmen om vol te kunnen houden dat het nog altijd prima gaat met de Turkse economie. Dat de Turkse Lira op de dag waarop dit artikel geschreven werd weer een nieuw diepterecord behaalde bedekken zij ongetwijfeld onder de mantel der liefde voor een president die hen voorhoudt dat de westerse wereld mede om economische redenen de vernietiging van Turkije nastreeft. Geen samenzweringstheorie gaat nu eenmaal te ver om het eigen handelen uit de vuurlinie te houden. Ook hier geldt weer: herhaal een bewering vaak genoeg en het publiek gelooft het op den duur vanzelf.

Maatregelen

Maar toch, in tegenstelling tot veel sympathisanten van de AKP onderkent de partij zelf wel degelijk dat er een probleem is met de economie. Anders had premier Yildirim vorige maand geen pakket maatregelen gepresenteerd om de zaak vlot te trekken.

De ingreep bestaat voor een groot deel uit het aantrekkelijker maken van lenen. Het is de vraag of dit noodverbandje de krimp in het derde kwartaal van 2016 kan ombuigen naar hernieuwde groei. De signalen zijn niet veel belovend, met een teruggelopen industrieproductie in december.

Of de economie ook in het laatste kwartaal van 2016 is gekrompen, weten we pas over een paar maanden. Blijkt dat zo te zijn dan wordt het moeilijk om aan het woord crisis te ontkomen. Erdogan zal om een specifieke reden tegen iedere prijs willen voorkomen dat in dergelijke termen wordt gesproken. Er zal dus waarschijnlijk weer heel creatief met cijfers worden omgesprongen. Zoals vorige maand toen de Turken in een dag tijd stukken rijker waren geworden. Op papier dan, want in de praktijk zag niemand een extra koeroes in de portemonnee.

Referendum

Die specifieke reden waarom Erdogan niets over een crisis wil horen is het referendum over een nieuwe grondwet dat naar wordt aangenomen over drie of vier maanden gehouden zou kunnen worden. Daarbij draait alles om de invoering van het door Erdogan begeerde presidentieel systeem.

Er wordt gezegd dat Erdogan een volslagen dictator wordt als hij zijn zin krijgt. Medestanders van de AKP spreken dit tegen omdat hij langs democratische weg aan de macht is gekomen. Wel of geen dictator, ik vind het een saaie discussie, waar ik me liever zoveel mogelijk buiten houd. Wat voor mij telt is dat de man zich al een aantal jaar als dictator gedraagt.

Het ontbreekt de AKP aan zetels in het parlement om zelfstandig tot een referendum op te kunnen roepen, maar hiertoe is steun gevonden bij de uiterst rechtse Partij van de Nationale Beweging (MHP). Het voorstel moet echter nog door het parlement en dat zal enige onzekerheid bij Erdogan teweegbrengen, want het staat niet per definitie vast dat zich binnen de fracties van de AKP en MHP geen dwarsliggers bevinden.

Meer dan over dat zal Erdogan echter verontrust zijn over de economie. Met negatieve groei op weg gaan naar een referendum is verre van ideaal. De juniverkiezingen van 2015 bieden een les. Voorafgaand daaraan was de economie een veel besproken thema, waarna de uitslag verre van bevredigend was voor de AKP.

Een ander punt wat betreft het referendum is de vraag hoelang de noodtoestand van kracht blijft. Deze week werd die weer verlengd met drie maanden, maar Erdogan verklaarde eerder dat het voor hem langer dan een jaar mag duren. Dit houdt in dat het referendum in theorie tijdens de noodtoestand gehouden kan worden. In dat geval zal de uitslag niet erg serieus worden genomen door buitenlandse waarnemers. Voor hen zal het gezien de aan de noodtoestand verbonden mensenrechtenschendingen dan al snel op een referendum met een pistool tegen het hoofd neerkomen.

De Turkse media gaan er veelal vanuit dat Erdogan eenvoudig het presidentieel systeem naar zich toe kan trekken bij een referendum, maar zelf waag ik me na de verkiezingen van november 2015 in Turkije, Brexit en de VS niet meer aan voorspellingen op basis van peilingen.

EU/VS/Rusland

Wat evenmin eenvoudig te voorspellen valt is hoe de relaties van Turkije met de EU, de VS en Rusland zich in het nieuwe jaar zullen ontwikkelen. Er moet heel wat gebeuren om de onderhandelingen met de EU over toetreding weer op gang te krijgen. In die zin is de klok in 2016 een fiks aantal jaren teruggezet. Erdogan blijft echter drie miljoen vluchtelingen als stok achter de deur houden en het blijft de vraag in hoeverre Brussel daar gevoelig voor is.

Zal Donald Trump zich inderdaad ontpoppen als de vriend die Erdogan in hem herkent? En hoe zal het verder gaan met de samenwerking tussen Rusland en Turkije? Wie zal daar het meeste voordeel uit halen. Dat laatste vooral gezien het wantrouwen dat Wladimir Putin nog altijd jegens Erdogan koestert. Verre van vreemd overigens dat laatste, want Erdogan voert met Kim Jong Un de lijst van staatshoofden aan die door niemand wordt vertrouwd. Niet alleen door tegenstanders, want ook zogenaamde vrienden hebben het daar vaak moeilijk mee. Als je Erdogans uitspraken en U-bochten op een rijtje zet is dat heel verklaarbaar.

Conservatieve kringen

Wat ik me verder afvraag is of Erdogan in 2017 meer tegenstand te duchten zal krijgen vanuit de meest conservatieve kringen binnen zijn achterban. Die toonden zich zeer ontvankelijk voor zijn nationalistische en religieuze retoriek, maar in het islamistische milieu is men over het algemeen ook nogal snel met het aanwijzen van afvalligen zodra beloften niet worden nagekomen. Denk op dit punt aan een vergelijking met IS…

Anders gesteld, ik houd er in mijn achterhoofd rekening mee dat binnen de meest conservatieve kringen iets tot ontwikkeling komt waar de AKP verre van behoefte aan heeft en wat de partij ook moeilijk kan beteugelen. In dat geval zal Erdogan pas echt weten wat hij bereikt heeft met zijn polarisatie binnen de samenleving.

Sansal

Hoe ver de impact van dat laatste gaat is ook in het nieuwe jaar gebleken. Dat wil zeggen, op 3 januari, toen de modeontwerper Barbaros Sansal op de Atatürk-luchthaven van Istanbul arriveerde. Sansal staat niet alleen bekend als een strijder voor de rechten van de LGBT gemeenschap, maar ook vanwege zijn scherpe kritiek op de AKP.

Sansal was recentelijk op Cyprus en maakte daar een video waarin hij zijn mening over de gang van zaken in Turkije niet onder stoelen of banken stak. In de Turkse democratie anno 2017 kan dat natuurlijk niet en het gevolg was dan ook dat justitie daar om zijn uitlevering verzocht.

Vervolgens verschenen op de website van het staatspersbureau Anadolu de exacte vluchtgegevens van het vliegtuig waarmee Sansal naar Turkije zou worden gebracht, inclusief de tijd waarop het toestel landde. Vervolgens riep iemand op het tot regeringsgezind verworden nieuwskanaal CNN Türk op om de modeontwerper een lesje te leren. De gevolgen waren ernaar.

Terwijl Sansal de trap van het vliegtuig afdaalde werd hij aangevallen door luchthavenpersoneel dat later verklaarde de ‘nationalistische gevoelens niet langer onder bedwang te kunnen houden.’ Sansal kwam er vanaf met wat wonden en blauwe plekken, maar op de beelden van het incident leek het alsof hij gelyncht ging worden. Geen berichten over aanhouding van de geweldplegers, wel over de arrestatie van Sansal.

Het valt te hopen dat anderen die gezwicht zijn voor de Erdogans betovering beter in staat zijn om tot geweld neigende nationalistische gevoelens te bedwingen, maar het blijven van die tekenen over hoe het Turkije dit jaar verder zal vergaan.

Aldus het menu van 2017 voor Turkije. Ik geef toe dat het geen vooruitzichten zijn om euforisch van te worden. Ik verwacht zeker dat het op den duur weer beter kan gaan met Turkije, maar niet dit jaar al. Want zoals iemand een tijdje geleden schreef: voor het beter kan gaan moet het eerst veel slechter worden…

PS
Ik neem me voor dit artikel over exact een jaar te eavalueren.

Volg Peter Edel op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

1 REACTIE

  1. Pure Erdo?an-framing dit artikel. En dan vooraf nog zeggen op zoek te zijn naar positieve punten ook, om er daarna een lange haatbrij richting onze president Erdo?an van te maken. Niks is te gek of het is zijn schuld.
    Schaamteloos.
    Op de inhoudelijke onzin ga ik niet eens in. Het hele artikel is sowieso een herhaling / opsomming van alles wat zich afgelopen jaar in de onderbuik van de schrijver heeft opgehoopt, en het is allemaal al vaak genoeg ontkracht door schrijvers hier op het forum waardoor lezers weten hoe ze dit onzin-artikel moeten lezen: met een vrachtwagen zout dus.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here