De gematigde Davutoglu (COLUMN)

2
6

davu 3 images

Istanbul/Peter Edel (COLUMN) – Nadat de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) in 2002 aan de macht was gekomen en Recep Tayyip Erdogan het daarop volgende jaar premier was geworden, kwam een campagne op gang om Turkije te democratiseren. Europese leiders vielen bijkans in katzwijm. Eindelijk regeerde een partij in Turkije die af zou rekenen met de militaire supervisie en mensenrechtenschendingen.

Busrit

Het liep zoals we weten anders. Voor Erdogan waren de jaren van democratisering niet meer dan een tijdelijke fase, gericht op het verwerven van Europese steun voor het neutraliseren van critici die toen al wisten waar het op uit zou draaien. Dat wil zeggen, van critici die zich in tegenstelling tot de Europese leiders destijds wel Erdogans uitspraak uit de jaren negentig herinnerden waarin hij democratie vergeleek met een busrit: wanneer je de juiste halte hebt bereikt stap je uit.

Aldus geschiedde. Toen Erdogan meende dat democratisering het gewenste doel had opgeleverd zette hij er een streep door. De hervormingen werden teruggedraaid, vrijheden kwamen weer in het gedrang en de democratie werd beperkt tot de stembus. De Europese passie over Erdogan sloeg om in verontwaardiging en wantrouwen over waar hij mogelijk nog meer toe in staat is.

In dat licht stak de vorige week tot vertrek gedwongen premier Ahmet Davutoglu gunstig af bij Erdogan, vond men in Europa. Omdat hij zachter overkwam ontstond de indruk dat Davutoglu gematigder was dan Erdogan.

Syrië

Maar was hij dat ook echt? Niet als we kijken naar het regionale beleid van Turkije dat door Davutoglu in zijn eerdere functie van buitenlandminister werd vormgegeven en dat onder zijn premierschap werd voortgezet. In dat kader ging er Turkse steun naar jihadistische groeperingen in Syrië. die werden door Davutoglu als gematigd omschreven, maar waren dat gezien banden met al-Qaeda verre van.

Of wat te denken van de in 2014 uitgelekte opname van een gesprek dat Davutoglu had met onder andere Hakan Fidan, het hoofd van de nationale inlichtingendienst MIT. Fidan stelde toen voor om een false flag aanslag in scene te zetten op Süleyman Shah, de Turkse enclave in Syrië. Fidan wilde zo een argument creëren voor een oorlog met al-Assad. Sloeg Davutoglu daar alarm over? Geenszins. Daar sprak weinig gematigd uit.

Dat de Europese leiders in het vorige decennium totaal de fout ingingen over de ‘gematigde’ Erdogan had er voor moeten zorgen dat zij op hun hoede waren over gematigdheid pretenderende islamisten. Ze hadden moeten begrijpen dat de zachte opstelling van Davutoglu niets met gematigdheid van doen had, maar alles met het conflict waarin hij met Erdogan verwikkeld raakte.

Macht en ego

Dat conflict ging niet over ideologie. Davutoglu plaatste de ‘dawa’, de islamistische zaak, voor al het andere en in die zin verschilde hij niet van Erdogan. In plaats daarvan draaide het probleem tussen die twee om macht en ego. Als gevolg zei Davutoglu wit, wanneer Erdogan het op zwart hield. Met andere woorden, iedere uitspraak van Davutoglu had een strategische lading die niets met zijn feitelijke standpunten te maken had. Hij wist echter dat hij een paar maatjes te klein voor Erdogan was als het om angst zaaien binnen de AKP ging. Daarom trachtte hij de benodigde steun voor zijn positie elders te vinden. In de wetenschap dat de Europese politiek een zwakke plek heeft voor matige islamisten probeerde hij het daar. Precies zoals Erdogan dat in het vorige decennium deed ten opzichte van zijn tegenstanders uit die jaren.

Dus gooide Davutoglu er een zachte opstelling tegenaan en toverde hij zijn guitigste glimlachje tevoorschijn, in de hoop dat de Europeanen het redelijke alternatief voor Erdogan in hem zouden herkennen. Slaagde hij ook nog in, maar het mocht niet baten, want het Europese begrip voor de premier kon niet voorkomen dat hij door de almachtige president werd afgerangeerd.

In Europa is men er nu diep bedroefd over dat Davutoglu vertrekt, maar ik kan er eerlijk gezegd niet wakker van liggen. Uiteraard, het is een volgend hoofdstuk in Erdogans coup tegen de constitutionele orde, maar dat hij die naast zich neerlegt was vorig jaar al heel duidelijk.

Voordeel

Het voordeel van Davutoglus vertrek is dat er meer duidelijkheid ontstaat. Je kunt van Erdogan zeggen wat je wilt, maar sinds hij veel maskers heeft laten vallen weet je in ieder geval wat je aan hem hebt. Toch moet het nog iets duidelijker worden om hem zijn eigen graf te laten graven.

Laat Erdogan maar een nitwit tot nieuwe premier benoemen, zoals zijn schoonzoon Berat Albayrak. Laat hem vicepremier en economiesupervisor Mehmet Simsek vervangen door Yigit ‘hairgel’ Bulut, de adviseur van de president die de economie via bizarre samenzweringstheorieën benadert. Laat Erdogan vooral ook doorgaan met de afbraak van vrijheid en democratie.

Turkije zal er de sociale en economische rekening voor gepresenteerd krijgen, maar voor het beter kan gaan moet het nu eenmaal eerst nog veel slechter worden. Het klinkt cynisch, maar dat is zo langzamerhand de realiteit, in aanmerking genomen dat een groot deel van de bevolking bereid is achter de rattenvanger van Hamelen aan te hollen.

EU-toetreding

Dat laatste is geen aanval op (vijftig procent van) de Turkse natie, maar de constatering van een menselijke karaktertrek. De geschiedenis staat er bol van, ook in Europa en immer met desastreuze gevolgen. In Turkije volgt het uit de invloed op de samenleving die verraderlijker wordt naarmate religie en nationalisme verder met elkaar verstrengeld raken.

Dergelijke ideologieën raken ontmaskerd naarmate de autoritaire leiders die zich ervan bedienen zichzelf ontmaskeren. Dus laat Erdogan vooral zijn gang gaan. Wellicht komen de Europese leiders dan eindelijk tot het besef dat gematigd islamisme – of het nu door Erdogan of Davutoglu wordt vertegenwoordigd – een contradictio in terminis is. Hopelijk ziet men dan eindelijk in dat pappen en nathouden nergens toe leidt en dat toetreding tot de EU van dit Turkije onder deze Erdogan zeer onwenselijk is.

Ik besluit met de laatste zinnen uit het opiniestuk dat deze week van de ‘Turkijedeskundige’ Erik Jan Zürcher in NRC Handelsblad verscheen:

‘Turkije heeft zich niet in de richting van Europa ontwikkeld, zoals in 2002-2006 het geval leek, maar sinds 2007 juist van de EU af. Zover van haar af, dat van een lidmaatschap geen sprake meer kan zijn. Dat zouden onze politieke leiders ook onomwonden moeten durven zeggen. Het is mooi geweest.’

Volg Peter Edel op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

2 REACTIES

  1. davutoglu dacht even zijn eigen weg te gaan als premier en op eigen houtje akkoordjes gooien met europa zonder enige overleg met Erdogan en de Akp.. dat heeft zijn kop gekost.. davutoglu was te soft tegen de valse gehaaide europeanen en viel hij ten prooi voor ze en stemde met alles in wat absoluut onaanvaardbaar is voor Turkije.. voor de rest een prima man, maar niet de juiste man om ’t AKP kar voort te trekken.. davutoglu voelde zich even machtig en dacht dat hij de juiste beslissingen nam wat niet zo was.. Erdogan heeft em op tijd zijn stekker eruit gehaald voordat het kwaad zou schieden..

  2. So wie so is een Turks EU-lidmaatschap een slecht idee. Dat heeft niet alleen met de politieke situatie in Turkije te maken, maar ook met het feit dat sommige Europese lidstaten het niet nauw nemen met democratische beginselen (Orban, Hongarije) en humanitaire waarden als de opvang van vluchtelingen (bijna alle lidstaten). Aan de lijst van ondeugden kunnen de neoliberale obsessies van Brussel en de vette corruptie van landen als Roemenië en Bulgarije nog worden toegevoegd. Zo bezien is Turkije nog altijd de ‘zieke man’ van Europa, maar zeker niet de enige.
    .
    Bovendien lijken veel, zo niet de meeste Turken inmiddels genezen te zijn van hun verliefdheid op Europa en hebben zij teleurgesteld afscheid genomen van hun Gouden Appel. Volgens mij heeft de grote baas er trouwens zelf geen zin in en is zijn eis voor nieuwe onderhandelingen vooral bedoeld als een sultanesk machogebaar naar de buitenwacht en zijn onderdanen.
    .
    De discussie van Turkije in de EU is dus gelukkig voorbij.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here