De PKK en Israël (COLUMN)

15
35

isr pkk images

Istanbul/Peter Edel (COLUMN) – In Turkije hoor je vaak dat Israël (of ‘de Joden’) de Koerdische PKK steunt en bewapent. Er zijn er zelfs die menen dat de PKK door Israël werd opgericht. Ook in de reacties op deze website verschijnen dergelijke meningen met enige regelmaat.

Tijd voor een analyse. Niet in de laatste plaats omdat daarbij zo nu en dan interessante informatie naar voren komt.

Legenden

Er bestaan zeker verbanden tussen Israël en Koerden. Die beginnen met legenden. Volgens een daarvan zond de Israëlitische koning Salomo er engelen op uit om 500 mooie vrouwen voor hem te vinden. Dat duurde even, waardoor Salomo al naar zijn schepper was vertrokken toen de engelen met 500 schoonheden terugkwamen. Omdat ze die niet wilden laten verkommeren begonnen ze daar toen zelf maar iets mee. Het kroost dat daaruit voortkwam vormde volgens de legende de Koerdische natie.

Volgens een ander verhaal komen de Koerden voort uit een of meerdere Israëlitische stammen die na de verovering van het koninkrijk Israël door het neo-Assyrische Rijk in 722 A.D. werden gedeporteerd en zo uit de geschiedenis verdwenen.

Het blijft niet bij legenden, want ook de wetenschap legt een verband tussen Israël en Koerden. Recent onderzoek wijst uit dat (oriëntaalse) Joden in genetisch opzicht meer verwant zijn Koerden dan aan Arabieren.

Erg relevant voor de huidige situatie is dit echter niet. Zo heeft wetenschappelijk onderzoek tevens aangetoond dat nomadische Palestijnen in genetisch opzicht verwant zijn aan de oude Israëlieten, maar Israël zal hen toch echt niet als Joden accepteren en hen de rechten geven die daaraan verbonden zijn. Ten aanzien van Koerden is dat even onwaarschijnlijk.

Aan de andere kant zijn er wel degelijk Joodse Koerden. In de jaren veertig en vijftig trokken ze massaal uit Irak naar Israël, waar er tegenwoordig zo’n honderdduizend wonen.

Irak

De betrekkingen van Israël met de Koerden verschillen per land. Met de Koerden in Irak ontstonden al in de jaren vijftig banden. Aan geen van beide kanten bestaat daar openheid over, maar er is genoeg informatie om het bewezen te achten.

Aanvankelijk ging Israël banden aan met de Iraakse Koerden omdat het de belangen inzag van betrekkingen met niet-Arabische volken in de regio. Nadat in 1968 de door Israël als vijandig beschouwde Baath-partij aan de macht was gekomen werden de betrekkingen nauwer en steunde de Israëlische regering de Koerdische opstand in Irak.

In 1968 en 1973 trok de Koerdische leider Mustafa Barzani, de vader van de huidige president van de Regionale Koerdische Regering (KRG) in Irak, Massoud Barzani, in het geheim naar Israël om daar overleg te voeren met onder andere de Israëlische premier (er is overigens beweerd dat verschillende Joodse rabbijnen uit de familie Barzani voortkwamen, maar veel meer bewijs daarvoor dan een overeenkomst in namen is er niet).

Omgekeerd kwamen Israëliërs destijds naar het Koerdische gebied in Irak. De betrekkingen boden zowel de Koerden als Israël voordelen. De belangrijke inlichtingen die Israël langs deze weg kreeg werden beloond met humanitaire hulp. Israël hielp in 1968 met de aanleg van een veldhospitaal en leverde later lichte wapens en munitie. Ook volgden Koerden uit Irak een militaire opleiding in Israël. Voor de Koerden vormde Israël daarnaast een toegangspoort naar de rest van de wereld, vooral richting de VS.

Aan deze betrekkingen kwam in 1975 een plotseling einde, nadat Irak en Iran het Algiers-verdrag hadden getekend. Irak trachtte de Koerdische opstand uit die jaren daarmee te bedwingen. De Koerden voelden zich toen in de steek gelaten door Israël. Toch werden de banden nooit helemaal verbroken en met de Irak-oorlog van 2003 werden ze volledig hersteld; ook in militair opzicht.

PKK

Israël kent in de regio twee uitgangspunten: ‘de vriend van mijn vijand is mijn vijand’ en ‘de vijand van mijn vijand is mijn vriend.’ Daarom zien we in Turkije een totaal ander beeld dan in Irak.

Turkije werd al snel na het ontstaan van Israël een belangrijke strategische partner van de zionistische staat, en daarmee een vriend. Het was daarom in het belang van Israël om contacten uit de weg te gaan met de vijand van de Turkse staat zoals die in de jaren zeventig met de PKK ontstond.

Israël kende daar echter nog andere redenen toe. De Israëliërs hadden weinig op met radicaal linkse groepen in Turkije, waar de Marxistische PKK er een van was. Sinds de consul van Israël in 1971 was ontvoerd en vermoord door Marxistische activisten hielden ze die extra in het oog.

Wat betreft de PKK kwam daarbij dat die al kort na haar oprichting banden aanknoopte met twee gezworen vijanden van Israël: Syrië, dat PKK-oprichter Abdullah Öcalan onderdak bood, en het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP).

Tegenwoordig kan Hamas dan voorop staan in de gewapende strijd van de Palestijnen, maar destijds bevonden organisaties als het PFLP en de PLO zich in die rol. Islamitisch verzet stelde toen nog weinig voor en onthield zich in ieder geval van geweld. Daarom zag Israël liever dat Palestijnen zich op de islam richtte dan op het Marxisme.

Turkije leverde destijds een soortgelijk beeld op. Na de staatsgreep van 1980 had juntaleider Kenan Evren liever dat Turken zich op religie oriënteerden dan dat zij zich aansloten bij Marxistische organisaties. Evren gaf de islam daarom mee ruimte, zoals in het onderwijs.

In hetzelfde kader was Israël bereid om de Moslim Broederschap (waar later Hamas én de Turkse Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling [AKP] uit voorkwamen) te steunen, ten einde de Palestijnen bij het PFLP en de PLO weg te houden.

Libanon

In 1982 vocht de PKK samen met het PFLP tegen Israëlische strijdkrachten in Libanon. Meer dan twintig PKK-leden werden daarbij gedood door Israëlische soldaten. De PKK werd voor haar inzet beloond met een opleidingskamp in Libanon. De PKK kreeg die ook in Syrië. Naast Koerden werden daar Palestijnen en Marxistische Turken getraind.

Terwijl Israël de vriendschap met Turkije zeker niet op het spel wilde zetten, voelde het er aan de andere kant weinig voor om de PKK verder tegen zich in het harnas te jagen. Daarom trachtte Israël aanvankelijk een beetje het midden te houden, door bijvoorbeeld terughoudend te zijn bij het voordelen van door de PKK gepleegde aanslagen. Toen de Turkse buitenlandminister Ahmet Cetin in 1993 tijdens een bezoek aan Israël die veroordeling eiste ontving hij nul op rekest.

Tegen 1997 veranderde de Israëlische opstelling. Premier Netanyahu koos toen volledig de kant van Turkije in het conflict met de PKK. Hij dreigde de regering van Syrië dat er geen vrede mogelijk was zolang de PKK daar steun ontving.

Öcalan

Naarmate het conflict tussen Turkije en de PKK in de jaren negentig een climax bereikte werden de betrekkingen tussen Ankara en Jeruzalem beter. Beter dan ooit zelfs. In die omstandigheden was Israël niet te beroerd om haar ervaringen bij het onderdrukken van de Palestijnse intifada met Turkije te delen. De Turkse militairen maakten daar dankbaar gebruik van in hun oorlog met de PKK.

Verder kwam het destijds tot een samenwerking tussen de Turkse ‘diepe staat’ en de Israëlische inlichtingendienst Mossad. De Mossad leverde wapens aan de diepe staat voor een onderneming om de in Syrië verblijvende PKK-leider Abdullah Öcalan te vermoorden. Er is gesuggereerd dat de wapens aan boord van de verongelukte auto in het plaatsje Susurluk, waarmee de Turkse diepe staat in 1996 letterlijk op straat kwam te liggen, eveneens uit Israël afkomstig waren.

Drie jaar later wist de Turkse nationale inlichtingendienst MIT, in samenwerking met de Amerikaanse CIA en de Mossad, Öcalan in Kenya te arresteren. Woedende PKK-sympathisanten trokken naar de Israëlische ambassade in Berlijn. Drie Koerden kwamen daarbij om het leven.

Er rees destijds twijfel over hoe ver de rol van de Mossad bij de arrestatie van Öcalan ging. Met name omdat de Israëlische inlichtingendienst kort daarvoor een aantal blunders had begaan, wat tot twijfels in de VS leidde. Ook nu is de PKK er echter nog van overtuigd dat de Mossad erbij betrokken was.

AKP

De betrekkingen tussen Israël en Turkije begonnen te veranderen nadat de AKP in 2002 voor het eerst aan de macht was gekomen in Turkije. Aanvankelijk bleven de betrekkingen goed. Zo ging toenmalig premier Erdogan in 2005 op staatsbezoek naar Israël.

In 2006 omschreef het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken de verstandhouding met Turkije nog als ‘perfect’. De omslag kwam in 2008-2009 met de oorlog in Gaza. In januari 2009 reageerde Erdogan woedend tegen de Israëlische president Peres tijdens een bijeenkomst van het World Economic Forum.

De betrekkingen tussen beide landen kwamen verder onder druk te staan toen Israël een jaar later de aanval opende op het Turkse passagiersschip Mavi Marmara, dat deel uitmaakte van een vloot van activisten die hulpgoederen naar Gaza wilden brengen. Daarbij kwamen acht Turken (en een Amerikaan met een Turkse achtergrond) om het leven. De gevolgen waren dat Turkije de Israëlische ambassadeur het land uitzette en dat de diplomatieke betrekkingen met Israël tot een lager niveau terug werden gebracht.

Liberman

In Israël hadden deze ontwikkelingen niet alleen invloed op de perceptie van Turkije, maar ook van de vijanden daarvan. Zo klonken in Israël geluiden om de ‘gebeurtenissen van 1915’, waarbij honderdduizenden tot meer dan een miljoen Armeniërs gedood werden als ‘genocide’ te erkennen. Eerder wilde Israël die stap niet nemen omdat het de partner Turkije geen schade wilde berokkenen.

Het ontstane conflict leek daarnaast tot een aangepaste opstelling ten aanzien van de PKK te leiden toen berichten verschenen dat de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Avigdor Liberman adviseerde om de Koerdische separatisten in Turkije van wapens te voorzien.

In een reactie zei de PKK geen wapens van Israël te accepteren zolang geen excuses werden geboden voor het aandeel van de Mossad in de arrestatie van Öcalan.

Later werd tegengesproken dat Liberman suggereerde wapens aan de PKK te leveren. Volgens premier Netanyahu betrof de uitlating van Liberman ‘een theoretische optie in het geval van een escalatie.’ Verder zei Netanyahu naar een herstel van de betrekkingen met Turkije te streven.

Radarsysteem

Voor dat laatste valt veel te zeggen, want goede betrekkingen met Turkije blijven voor Israël uit strategische overwegingen van belang. Zo was men in Jeruzalem maar al te blij met de plaatsing van een NAVO-radarsysteem op Turkse grondgebied dat gericht is tegen Iran, het land dat al decennia als grootste vijand wordt beschouwd door Israël. Erdogans boute uitspraken over Israël weerhielden hem er niet van hier toestemming voor te geven.

Het kwam ook niet tot de ‘escalatie’ waar Netanyahu eerder over sprak. In Israël lijkt men in te zien dat de anti-Israëlische retoriek van Erdogan vooral een binnenlands politiek doel dient. De Israëliërs weten dat Turken overwegend pro-Palestijns zijn en begrijpen dat Erdogan daar winst uit tracht te slaan bij de stembus.

Zolang Erdogan Israël niet bedreigd met vernietiging, of wapens aan Hamas levert, zullen de Israëlische leiders hem niet als een serieuze bedreiging beschouwen. Ondertussen koesteren zij zich bij de gedachte dat de handelsbetrekkingen met Turkije de laatste jaren alleen maar beter zijn geworden.

Verder is het niet zonder betekenis dat Turkije de laatste jaren betrekkingen aanknoopte met de door Israël gesteunde Koerden in Irak. Recentelijk tracht Turkije de banden te verdiepen, onder andere om Barzani zo ver te krijgen dat hij de PKK uit de bergen van Noord-Irak verdrijft. Lastig voor Barzani. Hij is zeker geen vrienden met de PKK, maar dat blijft een organisatie die op steun kan rekenen onder Koerden.

Iskenderun

Het is de vraag of Liberman en Netanyahu openlijk zouden hebben gesproken over het leveren van wapens aan de PKK als daartoe serieuze plannen hadden bestaan. In dat laatste geval had men er waarschijnlijk wel het zwijgen toe gedaan en de Mossad haar werk laten doen. Dat er openlijk over gesproken werd doet veronderstellen dat plannen over het bewapenen van de PKK nooit serieus werden.

Daar komt bij dat Israël zich veel problemen op de hals zou halen door de PKK van wapens te voorzien. De PKK staat immers wereldwijd te boek als een terroristische organisatie. Het etiket van supporter of terrorism zal men liever kwijt dan rijk zijn.

Het zou ongehoord zijn wanneer Israël aanslagen steunt tegen een lid van de NAVO, het bondgenootschap waar de zionistische staat nauw mee samenwerkt. Alleen om die reden al zou het steunen van de PKK tot veel internationale kritiek leiden. En van internationale kritiek krijgt Israël al veel meer van dat het lief is.

In het geval Israël met de PKK in zee wilde gaan moest het dus in ieder geval in het geheim gebeuren.

Een van de meest in het oog springende ‘bewijzen’ van een samenwerking tussen Israël en de PKK werd geleverd op dezelfde dag in 2010 waarop Israëlische commando’s al schietend aan boord van de Mavi Marmara kwamen. Vrijwel tegelijkertijd pleegde de PKK toen een aanslag op een marinebasis in de Turkse stad Iskenderun.

Dat was erg toevallig. Te toevallig vond menigeen. Niet alleen bij de AKP, want ook de oppositievoerende Republikeinse Volkspartij (CHP) plaatste er vraagtekens bij. Toch is het de vraag of Israël en de PKK de noodzaak tot geheimhouding op die manier zouden veronachtzamen. Bovendien, welk voordeel bood het om beide incidenten samen te laten vallen?

Achteraf beschouwd lijkt het dan ook meer op een toevallige samenloop van omstandigheden. Het kan zelfs als bewijs gelden dat er juist geen sprake is van een samenwerking tussen Israël en de PKK. In ieder geval werd nooit enig bewijs geleverd voor een verband tussen het Mavi Marmara-incident en de aanslag in Iskenderun. Was dat anders geweest dan was de Turkse inlichtingendienst daar beslist wel achtergekomen. Het zou naïef zijn om te menen dat MIT geen infiltranten binnen de PKK heeft zitten.

PJAK

Uiteindelijk komt de deur over een connectie tussen Israël en de PKK toch op een kiertje te staan. Volgens de Amerikaanse journalist Seymour Hersh heeft Israël namelijk wel degelijk de aan de PKK verbonden Koerdische organisatie PJAK in Iran gesteund en van wapens voorzien. Daar is veel voor te zeggen, want zoals de PKK tegen Turkije strijd zo richt PJAK zich tegen Iran. En een vijand van een vijand is nu eenmaal een vriend voor Israël.

Daarmee is het in theorie mogelijk dat door Israël aan PJAK geleverde wapens deels in handen vielen van de zusterorganisatie PKK.

PJAK lijkt echter nog nauwelijks actief te zijn in Iran. Volgens de regering van Iran omdat de organisatie doeltreffend bestreden werd. Verder is gesuggereerd dat de Israëlische steun aan PJAK in 2013 abrupt beëindigd werd.

Meer dan een klein en indirect kiertje naar de mogelijkheid van een connectie tussen Israël en de PKK is PJAK dus niet. Het zal in ieder geval minder zijn dan waar zij die ervan overtuigd zijn dat de PKK wapens van Israël ontvangt, of zelfs door dat land opgericht werd, aan zullen denken.

Volg Peter op Twitter

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

15 REACTIES

  1. Een verhelderend schrijven van de heer Edel. Hij doet echter afbreuk aan het artikel door de Israëlische staat als zionistisch te betitelen. Het artikel zou beter in balans zijn geweest wanneer hij dan ook de Turkse staat als islamitisch betiteld had.

    • @alex, is israel geen zionistische staat dan? waren de oprichters van israel geen zionisten dan? als jij vindt dat zionisme een belediging is voor joden dan heb je helemaal gelijk, want de orthedoxe joden willen niks met zionisme te maken hebben doordat zionisme niks anders dan dood en verderf met zich meebrengt.. dus kortom, israelische staat staat gelijk aan zionisme die de absolute macht hebben… en westerlingen zijn de bondgenoten ervan… het woordje antisemiet hebben zelfs zionisten verzonnen waar westerlingen graag gebruik van maken om hun bondgenoten de zionisten tegemoet te komen (eerder als slaaf functioneren)

      • Joh dit is het oude verhaaltje van de politiek in TR. Kom op zeg. Dood en verderf? Moeten het we daar over hebben? Orthodox? Niet van deze tijd. Of het nu Christen, Jood of islamiet is ze maken er allemaal een klerezooi van.

      • Helaas hebben weinig mensen begrepen wat ik aan wil geven in mijn reactie. Het gaat er niet om of je voor of tegen Israël bent. Het gaat erom dat wanneer je het één schrijft, je ook consequent moet zijn in het andere.
        Vrede voor zowel moslim, jood, christen als atheïst.

    • Turkije is inderdaad islamitisch, in jouw ogen dus slecht vandaar dat je het verwijst naar de betiteling van Israël als zionistisch. Zeg dan gewoon open en eerlijk dat je een islam-hater bent zonder er omheen te draaien.

  2. Free Palestina van de zionistische staat Israel, ze bezetten nu nogsteeds de west-bank en er worden dagelijks minderjarige kinderen opgepakt en gemarteld door de Israelische diensten. #FreePalestine

  3. Oh… Jan Jansen heet nu ineens Derk van Linnnen met 3n-etjes. En ja ze maken d’r een rotzooi van in Israel. Maar ook t.a.v. Turkije heeft bijv Claudia Roth de dingen benoemd. Eendere shit!

      • Ik denk dat jij de beleefdheidsregels cq etiquette niet heb meegekregen van pappie en mammie. En klaarblijkelijk weet je het verschil tussen politiek en religie niet te duiden. En als Turkije een islamitisch land is zoals je zegt zal de mensen die zich ontwikkelen vlot vertrekken gezien de eenzijdigheid en huidige repressie. Maar… ik hoop voor TR dat dat niet zo is!

        • Ieder die wil vertrekken is vrij om dit te doen en ieder die wil blijven mag dat ook…vaak zijn het lui als Ekrem Dumanli, Emre Uslu en Akin Ipek die de benen nemen. Inderdaad hebben deze lui zich ontwikkeld, maar dan meer in het belazeren van de staat.

        • Ik begrijp werkelijk niet wat je toch bedoelt met repressie. Ik kan in Turkije alles doen en laten wat ik maar wil. Het is prettig wonen, werken en leven in dit land.
          .
          Of je moet bedoelen sommige beledigende en over de schreef gaande journalisten de juridische klappen krijgen die ze binnen de wet verdienen.
          .
          Daarbuiten wordt niemand een strobreed in de weg gelegd om gewoon gelukkig te kunnen leven.
          .
          Het zit in jouw hoofd vriend, nergens anders.

  4. Oh ja..Emre Uslu heeft gezien zijn laatste tweets vermoedelijk zijn hoofd flink gestoten, er begint uiteindelijk interesante geluiden uit te komen. Lijkt erop dat meneer zich tegen “Feto terreur beweging ” heeft gekeerd…of hij is verbannen door de terreur beweging. In ieder geval hij blijft een landverrader.

    • Emre Uslu is niet de enige die de laatste tijd zijn toen matigt. Het valt mij op dat er meer partijen met een traditioneel grote mond blijkbaar inzien dat ze het daarmee in onze democratie niet gaan winnen, denk aan de do?an media groep.
      .
      Laten we het positief benaderen en concluderen dat democratie werkt, zelfs in Turkije.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here