Kamerlid Albayrak tart PvdA

17
4

PvdA-Kamerlid Albayrak neemt het op voor Turkse Nederlanders die weigeren de Armeense genocide te erkennen. Dat Nederlanders van Turkse afkomst op het matje worden geroepen wegens de Armeense kwestie, is ‘hypocriet’. Dat zegt de nummer twee op de PvdA-lijst, Nebahat Albayrak, zelf ook geboren in Turkije.

Ze geeft in een interview met het Algemeen Dagblad voor het eerst blijk van haar emoties. ,,Iedereen heeft de mond vol van integreren en meedoen. Maar als puntje bij paaltje komt, worden mensen weggezet als een stelletje Turken met extremistische ideeën.’’

17 REACTIES

  1. zij moet een keer haar ballen laten zien en desnoods ook uit die kut partij stappen.turken moeten hun eigen p.partij oprichten en zo komen er 3 a 4 turkse kamerleden in 2 kamer.dan woorden we misschien serieus genomen door nl samenleving. Want ik stem nooit meer op de partij van de armeniers.

  2. Sterk gevonden ab, de “partij van de armeniers” ha ha ha, waarschijnlijk heeft mevr Albayrak eindelijk door dat ze niet genoeg stemmen gaat krijgen door haar uitspraak vorige week, van dat wij (TR) eindelijk moesten erkennen dat er genocide is gepleegd op 1 miljoen Armeniers, en nu draaid ze 180 graden om, omdat de stemmen anders naar D66 zullen gaan.Mijn stem krijgen ze ook niet meer terug. Hoop dat ze DIK verliezen.

  3. Zo is het toch altijd gegaan, bij ons Turken. Altijd als het te laat is, altijd achteraf en altijd als we al die stempel hebben gehad.

    mvgr

    G.C.

  4. wat een slimme tante. dus als ik haar goed begrijp is
    een nederlander die de holocaust ontkent een rechts-nationalist en een Turk die de Armneense genocide ontkent een geintegreerde Turk.
    Zo speel je dus Nederlanders in de kaart.

  5. Wanneer je wilt dat mensen integreren moet je hen ook toelaten op te komen voor hun vrijheid van meningsuiting… als je de vrijheid van meninsuiting beperkt dor middel van politieke en media druk kan een groep nooit goed integreren omdat ze zich buitengesloten en gediscrimineerd zullen voelen.

    Mehmet

  6. volgens mij haal je het verbod van discriminatie, integratie en partij politieke keuzes door elkaar.
    Als een partij een bepaald standpunt heeft, kun je er mee eens zijn of niet. Als je niet aan de partijrichtlijn wilt of kunt houden hoor je niet bij die partij. Het zou vreemd zijn dat als je bij de PvDA op de kanditatenlijst wilt gaan staan en het stanpunt zou gaan kondigen dat je eigenlijk alle uitkeringen met 50% zou willen verlagen. Zo is het ook met het partijstandpunt over de Armeense genocide. Wat Albayrak nu doet eerst zeggen dat ze achter het partijstandpunt staat en als de kandidatenlijst is vastgesteld zeggen dat ze iets heeft getekend wat ze niet begreep of niet heeft gelezen. Vervolgens het partijstandpunt weer verwarren met integratie. Dat is hypocriet.

  7. beste manouk,

    van alle standpunten dat de pvda heeft is de armeense kwestie maar een fractie daarvan. ik denk niet dat je van alle kandidaten kan verwachten dat ze het 100 % eens zijn met alle standpunten. zolang ze maar niet in strijd zijn met een aantal kern-standpunten. Hier maakt de armeense kwestie naar mijn mening zeker geen deel van uit. Bovendien betekent het wegsturen van mensen met een andere opvatting over de armeneense kwestie het uitsluiten van honderduizenden nederlanders van de politiek. Dit is toch zeker tegen de basisprincipes van een democratie.

  8. ben met je eens dat de Armeense genocide voor de PvdA en ook voor de andere partijen geen kernpunt is en dat je ook niet met alle standpunten van de partij eens hoeft te zijn. Aan de andere kant is het wel zo dat de Armeense genocide niet zo maar een kwestie is. Het is een kernpunt van de mensenrechten en bovendien een belangrijk punt ten aanzien van de onderhandelingen met Turkije. Een partij moet ook de mogelijkheid hebben om iemand die de mensenrechten niet respecteert niet tot de kandidatenlijst toe laten. Het is dus geen kwestie van de vrijheid van meningsuiting. Ze worden niet vervolgd omdat ze de Armeense genocide ontkennen. Althans nog niet. Nederlanders die aan andere kant de holocaust ter discussie stellen worden in Nederland wel vervolgd. Het vervolgen van die rechts-extrimisten zal je denk ik niet afkeuren. Toch vind je dat Turken hier onder het paraplu van vrijheid van meningsuiting de Armeense genocide wel ter discussie mogen stellen of zoals Tonca diverse malen heeft gezegd: het is een leugen.
    Het gaat dus niet om de vraag of het een genocide was of niet. Er zijn door toedoen van de Jong Turkse regime veel doden gevallen. Armeniers willen daarvoor erkenning. Als je als Turkse Nederlander hier gaat aankondigen dat het een leugen is, hoor je net als die rechts-extrimisten gewoon niet in de Nederlandse politiek en zeker niet bij een partij als de PvdA of het CDA thuis. Je zou je dan kunnen aansluiten bij groep Wilders, want van hem zou dit soort zaken onder het paraplu van vrijheid van meningsuiting kunnen vallen.

  9. Sorry maar je weet best dat die mensen er niet zijn uitgestuurd omdat ze de mensenrechten niet respecteren. Ze zijn luid en duidelijk uitgestuurd omdat ze niet geloven in de zogenaamde armeense genocide. Beter gezegd omdat ze zich niet hielden aan t officele partij standpunt (ik krijg hierbij echt het gevoel dat ik het over een fascistisch partij heb!?) Het gaat hier dus wel puur over de vrijheid van meningsuiting.

    Rechts extremisten die de holocaust ontkennen zijn een ontezettend kleine niets betekende groep in nederland. Als ze iets op of aan te merken hebben aan de joodse holocaust, laat ze maar komen zou ik zeggen. Als ze met voldoende overtuigende bewijzen komen rest ons niets over dan ons standpunt hierover aan te passen.

    Dat je mensen die niet in de armeense verzinsels geloven rechts-extremisten noemt, vind ik een enorme belediging voor miljoenen turken in europa en turkije en miljoenen niet-turken waaronder historici, juristen en andere wetenschappers. Verder is het een ontzettend kortzichtige, zeer onlogische opmerking. Dat is net zoiets als dat ik alle armeniers nationalisten noem.

    Armeniers willen geen erkenning voor het feit dat er door de Jonge Turken veel doden zijn gevallen. Ze willen dat Turkije erkent dat armeniers massaal vermoord zijn vergelijkbaar met de joodse holocaust. Een van te voren geplande, systematische uitroeing. Een eenzijdige visie op de geschiedenis dus. De honderduizenden turken die aan de hand van armeneense bendes zijn afgeslacht tellen niet mee. Je vindt het blijkbaar ook niet erg dat turken buitengesloten worden van de politiek. Het zijn toch rechts-extremisten!?

  10. Ofte wel, wij turken MOETEN dus NIET gaan stemmen!!!!!! Punt uit. Je kan er lang over gaan discusieren maar de nederlandse politiek wilt ons opnaaien. Maar wij turken zijn daar te slim voor. Uit eindelijk zijn wij turken. Wij turken zijn slim, hebben overal een oplossing voor.!!!!!

  11. ‘Ermeni Meselesi’ Emperyalizmle YüzleÅŸme Meselesidir
    Herkes aklını başına toplasın ve yanlış adres göstermesin. Fransa’nın aldığı karar,

    – ne yanlış bilgilendirmeden,

    – ne de üç beÅŸ lobicinin marifetinden kaynaklanıyor.

    ABD ve Avrupa BirliÄŸi’nin Türkiye ve bölgeye yeni bir elbise geçirmek istemesinden kaynaklanıyor. Fransa’nın istediÄŸi karar tamamen siyasi bir durumdur.

    Adını net koyalım ve yanlış adres göstermeyelim lütfen, alınmak istenen karar Batı emperyalizminin siyasal tercihlerinin bir sonucudur.

    Bunlar Fransa’daki kendini bilmezlerin kararı; Hollanda’daki birkaç faÅŸistin kararı; Ä°sviçre ve Avusturya’daki kimi soysuzların yobazlıkları ve niyeti dersek sömürgecilerin ekmeÄŸine yaÄŸ sürmüş oluruz.

    ***

    Unutmayalım, “Türkler soykırım yapmıştır” kararı Avrupa’da dokuz ülkenin meclislerinden geçti ve resmi devlet politikaları haline dönüştü. Yarın AB’nin resmi politikası olarak BirleÅŸmiÅŸ Milletler’e getirilecek.

    – ABD, Ä°ngiltere ve Ä°srail’in Kuzey Irak’ta baÅŸlattıkları ve AB’nin GüneydoÄŸu’da resmen desteklediÄŸi Kürdistan projelerine karşı Fransa’nın öncülüğündeki Ermeni projesi fiilen yürütülmeye baÅŸlanmıştır. ABD bunu desteklemesine raÄŸmen Kürdistan projelerinin “önceliÄŸi” dolayısıyla örtülü omuz veriyor.

    – AB kıskacına alınan Türkiye bu boyunduruk altında, “kanırtıla kanırtıla sömürgeleÅŸtirilmekte ve dağıtılmaktadır”.

    Israrla yanlış adres gösterip “cambaza bak” diyenler anlamsız hukuki ayrıntılarla, lobi meseleleriyle halkı kandırmaktadırlar. Mesele tamamen siyasidir. ABD ve AB Türkiye’ye karşı, Lozan’ı, Cumhuriyeti, bütünlüğünü, gerçek demokrasiyi, çaÄŸdaÅŸ uygarlık deÄŸerlerini hiçe sayan bir politika izlemektedir.

    Yanlış adres gösterenler kim?

    Birileri özellikle yanlış adres gösteriyor ve yürüyen sömürgeleÅŸtirme politikalarından hiç söz etmiyor. Nedeni mi? Çünkü sömürgecilerin kurmakta oldukları düzenden pay alıyorlar; bunlar içimizdeki Danimarka’nın mensuplarıdır.

    – Yabancı ÅŸirketlerin Türkiye pazarında iÅŸlerini takip ediyorlar…

    – Medya mensubu olarak onlar tarafından destekleniyorlar…

    – Patlayan ithalattan, artan dış açıklardan rant saÄŸlıyorlar…

    – Borsada yabancı ÅŸirketler kazanırken onların da önüne birer parça kemik atılıyor, memnunlar…

    Sömürgeleşmekte olan düzenin sülükleri olarak 70 milyon insanın kanından besleniyorlar.

    Yabancı tekeller çiftçiyi, işçiyi, esnafı, fabrikasını kapatan yerli sanayiciyi ezerken onlar tekellere taşeronluk yapıyorlar.

    ***

    Ä°ÅŸte bu nedenle gerçek düşmanın emperyalizm olduÄŸunu ne Meclis’te, ne hükümetlerde, ne bürokraside ve ne de medyada dile getiriyorlar.

    Siviller yanlış adres gösterirken bir asker çıkıp TESEV diyor; “Kral Çıplak” demek YaÅŸar Büyükanıt ‘a düşüyor. Meclis’in, hükümetlerin, üniversitelerin, medyanın söylemesi gerekmez mi?

    Ermeni meselesi, “Ermeni ve soykırım meselesi” deÄŸildir. Bu, emperyalizmin kurtla kuzu hikâyesidir. Emperyalizm Türkiye’ye “suyumu kirletiyorsun” diyor. Ben başına çorap geçirip, Muavenet ‘i vururum, EÅŸref Bitlis ‘i öldürürüm diyor. Åžimdi de “Diz çök, soykırımı kabul et” diye dayatıyor.

    Türkiye, dış politikasında bu dayatmaları dengeleyecek politikalara yönelmek zorundadır. Bu imkân vardır. Bu imkânı değerlendirecek yönetimleri oluşturmak zorundayız.

    İçimizdeki oligarşinin yönetimini kırmak zorundayız. Büyük çoğunluk bizde, bunu yapacak güce sahibiz.

    Prof. Dr. Erol Manisalı
    Bıçak Sırtı, Cumhuriyet 13.10.2006

  12. Het echte probleem is dat in Turkije in geen open debat mogelijk is over het verleden. Iemand die, met argumenten, probeert aan te tonen dat er in 1916 sprake was van genocide op de Armeense bevolking kan in de gevangenis terchtkomen, omdat de Turkse overheid zo’n debat niet tolereert. In een echt vrij land zou zo iemand in een discussie met andere wetenschapers komen die, na onderzoek en met behulp van feiten en argumenten aan zouden kunnen tonen dat er geen sprake was van genocide, maar bijvoorbeeld “slechts”van deportatie en massamoord (want zoveel is in ieder geval wel duidelijk vast komen te staan).

    Personen die de Turkse overheid steunen in dit standpunt steunen dus een autoritair regime. Een dergelijk standpunt staat de ontwikkeling van wetenschap, van kennis en van zoeken naar de waarheid in de weg. In feite komt het erop neer dat Turkije daardoor een achterstand oploopt op landen waar wel een vrij en open debat mogelijk is.

    Ik kan wel begrijpen dat deze kwestie voor mensen die van Turkije houden pijnlijk is, maar slim en verstandig is het niet om de belemmering van de vrije meningsuiting en wetenschappelijk onderzoek in Turkijete steunen.

    Des te vreemder is daarom ook de wet die nu in Frankrijk dreigt aangenomen te worden die de ontkenning van de Armeense genocide strafbaar stelt. Dat is het omgekeerde van wat Frankrijk Turkije verwijt. Je mag de ontwikkeling van de historische wetenschap nooit met politieke middelen beperken.

    Wat de PvdA en het CDA doen klopt dus ook niet. Je kunt mensen niet verplichten een bepaald standpunt te erkennen. Wel kun je mensen in debat confronteren met feiten en argumenten.

    Kort samengevat: de Turkse overheid zit helemaal fout en zou onafhankelijk ondezoek en open debat over de Armeense kwestie juist moeten stimuleren. Het is terecht dat Turkije daarop aangesproken wordt. Mensen die de Turkse overheid daarin steunen zij niet erg slim bezig. Frankrijk, de PvdA en het CDA zitten ook fout omdat ze niet het open debat eisen, maar een standpunt afdwingen.

  13. Armeense kwestie

    De geschiedenis van de Armenen in de Ottomaanse rijk voert terug naar 1071, het jaar waarin de Armeniërs onder het gezag van de Sjeldjoeken kwamen. Hoewel de Armeniërs van veel vrijheid genoten onder de Sjeldjoeken, bereikte het pas zijn hoogtepunt onder het gezag van Fatih Sultan Mehmet, de Ottomaanse sultan die in 1453 Constantinopel had veroverd. Fatih Sultan Mehmet, had een verklaring afgegeven aan de Armeniërs dat de oprichting van de Armeense Patriarch mogelijk maakte. Dit betekende dat de Patriarch bevoegd was om geld te verzamelen, huwelijken te voltrekken en gevangenisstraffen uit te delen onder de Armeniërs. Tot het einde van de negentiende eeuw maakten de Armeniërs een gouden periode door. Ze waren vrijgesteld van dienstplicht en gedeeltelijk vrijgesteld van belasting. Ze vormden een welvarende laag van de bevolking. Ook hebben ze de kans gekregen om hoge functies te bekleden in handel, ambachten en zelfs in het bestuur van het Ottomaans rijk.

    HET BEGIN
    Het begin van de verslechtering van de Turks – Armeense relatie voert terug naar de tijd dat de Ottomaanse Rijk in staat van verval en al lang zijn glorietijd voorbij was. Ook voor andere minderheden binnen zijn eigen grenzen was het Ottomaanse rijk altijd erg tolerant geweest. Zo had het Ottomaanse rijk de joden die vluchten voor de Spaanse inquisitie met open armen ontvangen. In de vierhonderd jaar na hun “ontvangst” in het Ottomaanse rijk was de joodse gemeenschap gegroeid tot een welvarende laag van de bevolking. Het beleid van partiële autonomie verlenen aan minderheden zorgde ervoor dat het Ottomaanse rijk zeshonderd jaar staande kon blijven. Voor de westerse landen, die graag hun territoriale machten wilden uitbereiden, was de Ottomaanse Rijk tot dan toe altijd het grootste struikelblok geweest. Ze beseften erg goed dat de enige manier om het Ottomaanse rijk tot haar knieën te dwingen, om de minderheden die onder het gezag van het Ottomaanse rijk leefden zover te krijgen dat ze in opstand zouden komen tegen het Rijk.

    ARMEENSE OPSTANDEN EN MASSASLACHTINGEN
    De activiteiten op dit gebied werden al snel georganiseerd door middel van de consulaten en de vele missionaris scholen die toen in vele getallen opeerden in het oosten van het Rijk. De missionarisscholen die de hoop van het bekeren van de armenenen tot het protestants geloof verloren hadden werkten nu met volle macht om het nationalisme en revolutionisme tussen de Armenen aan te wakkeren. Deze activiteiten begonnen na enige tijd al hun vruchten af te werpen. De eerste opstand was in Erzurum in 1890, gevolgd door de Kumkapi manifestatie, Kayseri, Yozgat, Çorum , Merzifon, Sasoon opstanden, de Bab-i ali manifestatie, de Zeytun en Van opstanden, de bezetting van de Ottomaanse bank, de aanslag poging op Sultan Abdulhamit en de 1909 Adana opstand. Als gevolg van deze opstanden zijn er in 1914 tijdens de Zeytun opstand 100, tijdens de 1915 opstand 3000 en gedurende 1914-1915 Mus opstand ongeveer 20 000 Turken omgekomen door Armeense slachtingen.

    DE EERSTE WERELD OORLOG
    De ergste gevallen van massaslachtingen door toedoen van Armeniërs zijn gebeurt tijdens de eerste wereld oorlog. Tijdens deze periode hebben Armeniërs gespioneerd voor de Russen, niet gereageerd op en gevlucht voor de oproep van dienstplicht. Diegenen die zich wel hadden aangemeld zijn nadat ze de beschikking kregen over wapen overgestapt naar de Russen en massaal gecollaboreerd met de vijand. De Armeense guerrilla’s die nog aan het begin van de oorlog Turkse troepen aanvielen, hebben door aanvallen op Turkse dorpen veel toegebracht aan de civiele bevolking. Bijvoorbeeld is de bevolking van het dorpje Zeve gelegen in Van met man, vrouw, kinderen en bejaarden totaal afgeslacht door Armeniërs.

    DE DEPORTATIE WET, DE TOEPASSING EN DE ZOGENAAMDE ARMEENSE GENOCIDE
    Ondanks alle goede bedoelingen van het Ottomaanse Rijk, bleef het aantal Armeense gebeurtenissen, de aanvallen op weerloze vrouwen en kinderen stijgen. Ook moesten de strijdkrachten op verschillende fronten tegelijk vechten. Door al deze gebeurtenissen ontstond de noodzaak om het gebied achter de fronten veilig stellen om te voorkomen dat plaatselijke opstanden zouden leiden tot massale collaboraties met de vijand.

    Met deze doel op het oog werden op 24 april alle Armeense comités gesloten en 2345 bestuursleden gearresteerd onder beschuldiging van activiteiten tegen de staat. De datum 24 april, dat Armeniërs elk jaar als de dag van herinnering van de Armeense genocide hanteren, heeft dus met deze gebeurtenis te maken en niet met de deportaties. De sluiting van de comités, de arrestatie van de bestuursleden en sommige terroristen heeft de situatie niet verbeterd maar juist verslechterd. De Ottomaanse overheid heeft als laatste humane oplossing besloten om op 27 mei 1915 een deportatie – en vestigingswet uit te brengen dat inhield dat de Armeense bevolking en de personen die tegen de staat hadden gespioneerd van het oorlogsgebied te deporteren naar en vestigen in gebieden ver buiten het oorlogsgebied.

    Degenen die gedwongen moesten verhuizen, werden binnen de grenzen van het rijk naar Ordu-Kastamonu, Malatya-Maras, Diyarbakir-Urfa-Adana en Syrië-Irak gestuurd. Het staat met officiële staatsdocumenten vast dat tot eind oktober 1916 totaal 702 900 mensen gedwongen moesten verhuizen. Volgens officiële data was het aantal Armeniërs 1.234.671. Dit getal is volgens de Armeense Patriarch 2.5 miljoen, volgens de Armeense delegatie tijdens het verdrag van Lausanne 2.2 miljoen, volgens het Franse gele boek 1.5 miljoen, Volgens de Britannica 1.5 miljoen en volgens Engelse data 1 miljoen. Gezien de data hierboven gegeven data en het feit dat ten hoogste 700.000 mensen gedwongen moesten verhuizen, kan het nooit waar zijn dat, zoals de Armeniërs het beweren, 2 tot 3 miljoen Armeniërs zijn gestorven.

  14. Geschiedenis van Anatolië Turkije, Geschiedenis van Turkije

    Overzicht van Turkse Geschiedenis

    Het Turkije van vóór de komst der Turken wordt doorgaans Klein-Azië of Anatolië genoemd. Anatolië heeft een vele duizenden jaren teruggaande voorgeschiedenis, waarin volkeren als Trojaans, Hethieten, Phrygiërs, Lydiërs, Oerartiërs, Armeniërs en Grieken een grote rol hebben gespeeld.

    In de 2e eeuw v. Chr. kwam Anatolië in de invloedsfeer van het Romeinse Rijk. Anatolië was de eerste provincie van het Romeinse Rijk waar een groot deel van de bevolking overging tot het christendom. Toen het westelijk deel van het Romeinse Rijk in verval raakte (omstreeks 400 na Chr.), werd Anatolië deel van het Oost-Romeinse of Byzantijnse Rijk, met Constantinopel als hoofdstad. In die periode maakte de reeds eerder begonnen hellenisering grote vooruitgang.

    De Turken in het huidige Turkije zijn de afstammelingen van Oghuz-stammen die vanuit Centraal-Azië naar Anatolië zijn getrokken. In 1071 versloeg de Seldjoekse leider Alp Arslan de Byzantijnse keizer Romanus IV in de Slag van Malazgirt. Dit resulteerde in de stichting van een Seldjoeks sultanaat rond de stad Konya.

    In 1176 deed de Byzantijnse keizer Manuel II een laatste poging om de in Centraal-Anatolië gevestigde Seldjoeken te onderwerpen, maar zijn leger werd in de slag bij Myriokephalon vernietigend verslagen. Toen westelijke kruisvaarders in 1204 Constantinopel veroverden, raakte het Byzantijnse rijk zodanig verzwakt, dat in de komende eeuw vrijwel geheel Anatolië in handen van de Turken viel.

    Ongeveer 200 jaar na de stichting van het Ottomaanse Rijk werd de Ottomaanse hoofdstad verplaatst naar Constantinopel, voortaan Istanbul genoemd (1453), en begon hun overheersing over een deel van de islamitische en christelijke wereld.

    Het Ottomaanse Rijk kende zijn bloeitijd in de zestiende eeuw. Daarna trad het verval langzaam in en heroverden Oostenrijk en Rusland grote delen van het Ottomaanse grondgebied.

    Tijdens de Eerste Wereldoorlog kozen de Ottomanen partij met Duitsland, Oostenrijk en Bulgarije. Zij verloren de oorlog. De Ottomanen werden teruggedrongen tot hun kerngebied in Anatolië. Tijdens, voor en kort na de oorlog werden diverse bevolkingsgroepen, zoals de Turken en andere moslems in Balkans, Europa en Kaukasus (ruim tien (10) miljoen Turken en Moslems, waarvan five (5) miljoen is vermoord), Grieken, Armeniërs, Assyriërs gedwongen te verhuizen. Dit leidde tot deportaties en een uitwisseling met Griekenland van bevolkingsgroepen.

    De Sykes-Picot-overeenkomst (1916) en het Verdrag van Sèvres (1920) regelden de verdeling van het Ottomaanse Rijk onder de overwinnaars. Voor de Turken was slechts een deel rond Ankara gereserveerd. De Turken namen in de door hen zo genoemde Turkse onafhankelijkheidsoorlog het tegen de geallieerden op. Het was de legerleider Mustafa Kemal (die later de naam ”Ataturk” aan zou nemen) die een bepalende rol speelde.

    Hij tekent ook het Vrede van Lausanne (1923), die een eind maakt aan de oorlog en de grenzen van het nieuwe Turkije vastlegt. Hij stichtte op 29 oktober 1923 de Republiek Turkije.

    Mustafa Kemal lanceerde hierna zijn politieke visie, het kemalisme geheten, die Turkije moest moderniseren. Zo werd het kalifaat afgeschaft, werd Turkije seculier (1928), veranderde het schrift van Arabisch naar Latijns en werd traditionele kleding afgeschaft.

    Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Turkije lange tijd neutraal, maar in februari 1945 verklaarde het – voornamelijk symbolisch – Duitsland en Japan de oorlog. In 1952 traden Turkije en Griekenland tegelijkertijd toe tot de NAVO.

    In 1960, 1971 en 1980 pleegde het leger een staatsgreep. Na enkele jaren militair bestuur kwam er steeds weer een civiele regering. De staatsgreep van 1980 werd niet geaccepteerd door de Raad van Europa en de EG en leidde tot schorsing van het lidmaatschap van de Raad van Europa en schorsing van het associatieverdrag met de EG.

    Interventie van Turkse regering in 1974 in het noorden van Cyprus resulteerde in een Turks-Cypriotische republiek die alleen door Turkije wordt erkend.

    Sinds 3 oktober 2005 onderhandelen Turkije en de Europese Unie over toetreding van Turkije tot de EU.

    Artikel over geschiedenis van Turkije (pdf file):

    Prof. Dr. Erik Jan Zürcher, “De Republiek Turkije- levensverhaal van (bijna) tachtigjarige”, Turkology Update Leiden Project Working Papers Archive, Mei 2002, Department of Turkish Studies, Universiteit Leiden

  15. Voor iedereen die niet van geschiedenis/politiek houdt, wie het heden beheerst, beheerst het verleden! Of anders om, en elk iedere die zich objectief durft te noemen, niet partij gebonden, een kind van de mens in werkelijke zin, die daag ik uit voor een debat.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here